Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Procesverloop
2.Motivering
3.Standpunten van partijen en beoordeling daarvan
4.Beslissing
woensdag 7 juli 2021in tegenwoordigheid van de griffier.
Arnhem-Leeuwarden.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de man verzocht om wijziging van de zorgregeling voor zijn minderjarige dochter, geboren in 2017, en heeft hij een voorwaardelijk verzoek tot wijziging van de kinderalimentatie ingediend. De vrouw heeft hierop gereageerd met een verweerschrift en een zelfstandig verzoek tot wijziging van de kinderalimentatie. Tijdens de zitting op 10 juni 2021 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De man wil de zorg- en opvoedingstaken 50/50 verdelen, terwijl de vrouw twijfels heeft over de beschikbaarheid van de man en een andere zorgregeling voorstelt. De rechtbank constateert dat de huidige zorgregeling goed functioneert en dat er een redelijke verstandhouding tussen partijen is. De rechtbank wijst het verzoek van de man af, omdat de vrouw zich niet kan vinden in de voorgestelde co-ouderschapsregeling en er risico's zijn op conflicten. De rechtbank adviseert partijen om samen te overleggen over een mogelijke uitbreiding van de zorgregeling.
Daarnaast heeft de vrouw verzocht om wijziging van de kinderalimentatie, wat de man ter zitting heeft geaccepteerd. De rechtbank wijzigt de overeenkomst van 2 mei 2019 en bepaalt dat de man vanaf 1 mei 2019 € 188,- per maand moet betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders verzochte is afgewezen.