ECLI:NL:RBNNE:2021:1200
Rechtbank Noord-Nederland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Verstekvonnis inzake consumentenkredietovereenkomst en koopovereenkomst
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, op 2 maart 2021 een verstekvonnis gewezen in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Direct Pay Services B.V. en een gedaagde partij. De eisende partij vorderde betaling van € 500,00 met rente en kosten, gebaseerd op verschillende koopovereenkomsten. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis van 24 november 2020 overwogen dat de dagvaarding onvoldoende informatie bevatte en dat de eisende partij de vordering nader moest onderbouwen. De eisende partij heeft vervolgens een specificatie van de vordering overgelegd, waarin zij stelde dat de gedaagde partij diverse goederen had ontvangen en dat er sprake was van een koop op afbetaling.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eisende partij in strijd heeft gehandeld met artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) door niet te voldoen aan de verplichting om de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. De rechter concludeerde dat de overgelegde stukken de grondslag van de vordering niet konden dragen, aangezien de eisende partij niet had aangetoond dat er sprake was van een koopovereenkomst, maar eerder van een consumentenkredietovereenkomst.
Daarom heeft de kantonrechter de vordering afgewezen en de eisende partij veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde partij op nihil zijn begroot. De uitspraak benadrukt het belang van een correcte en volledige onderbouwing van vorderingen in civiele procedures, vooral wanneer er sprake is van consumentenkrediet.