Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor de feiten 1, 2 en 3 primair. Hij heeft aangevoerd dat de uiterlijke verschijningsvorm van de gedragingen van de verdachten erop wijst dat verdachten op inbrekerspad zijn gegaan in het noorden van Nederland, waarbij zij bewust op zoek zijn gegaan naar eigenaren van [bedrijf 3] .
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van alle feiten. Subsidiair heeft de raadsman, mocht de rechtbank van oordeel zijn dat verdachte bij een of enkele feiten betrokken is geweest, de rechtbank verzocht te volstaan met een bewezenverklaring van feit 3 subsidiair. Meer subsidiair heeft de raadsman de rechtbank verzocht te volstaan met een bewezenverklaring van feit 1 en feit 3 subsidiair.
De raadsman heeft ten aanzien van feit 1 aangevoerd dat verdachte weliswaar in de auto zat bij de woning aan de [straatnaam] , maar dat die omstandigheid niet maakt dat verdachte in het kader van medeplegen bij het delict betrokken is geweest. Evenmin is er voldoende bewijs om te stellen dat verdachte zich als pleger schuldig heeft gemaakt aan het onder 1 ten laste gelegde.
Ten aanzien van feit 2 is er volgens de raadsman nagenoeg geen bewijs voorhanden. Het ter plekke aangetroffen schoenprofiel komt niet overeen met het schoenprofiel van verdachte en bovendien is de modus operandi niet dezelfde als bij de andere feiten. Indien de rechtbank al mocht menen dat verdachte op de camerabeelden te zien zou zijn, zoals de vriendin van verdachte heeft verklaard, dan nog maakt dat niet dat verdachte betrokken is geweest bij het onder 2 ten laste gelegde. Dat op die beelden drie personen zijn te zien, maakt eveneens niet dat die drie personen bij het delict zijn betrokken en dat zij de hele tijd samen zijn geweest. Ook het feit dat de huurauto, waarin verdachte en medeverdachte [medeverdachte] op 1 september 2019 zijn aangetroffen, in de omgeving is gezien van de plaats van het delict, is te algemeen om te stellen dat deze auto is gebruikt bij feit 2.
Ten aanzien van de onder 3 primair ten laste gelegde inbraak aan de [straatnaam] te Roden heeft de raadsman verwezen naar zijn opmerkingen met betrekking tot de camerabeelden en de huurauto bij feit 2. Ten aanzien van de subsidiair ten laste gelegde heling heeft de raadsman naar voren gebracht dat er weliswaar goederen uit de woning aan de [straatnaam] in de huurauto lagen, maar dat alleen enkele flessen cognac in het zicht van de bestuurder lagen. Van de aanwezigheid van deze flessen kan verdachte zich daarom bewust zijn geweest en had hij wellicht moeten weten dan wel redelijkerwijs moeten vermoeden dat deze uit misdrijf afkomstig zouden zijn. Echter, verdachte is 's nachts aangehouden en het is daarom zeer goed mogelijk dat verdachte de flessen cognac niet heeft gezien.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 2 september 2019, opgenomen op pagina 102 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2019232991/2019233290/2019232112 d.d. 12 november 2019, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 1] :
Op 1 september 2019 heb ik de voordeur van mijn woning aan de [straatnaam] in Groningen bij vertrek op slot gedraaid. Omstreeks 22:40 uur werd ik door mijn buurman gebeld. Hij zei dat er was gepoogd om bij mijn woning in te breken. Bij mijn woning aangekomen zag ik dat er een metalen voorwerp op het slot van onze voordeur was bevestigd.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 september 2019, opgenomen op pagina 16 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :
Op 1 september 2019, omstreeks 22.25 uur, bevond ik mij buiten ter hoogte van de [straatnaam] te Groningen. Ik zag een schim dan wel een schaduwbeweging naast de geparkeerde auto op de oprit van [nummer] . Dit deed mij vermoeden dat iemand zich verstopte. Dit bevreemdde mij en zodoende bleef ik opletten en kijken in de richting van deze geparkeerde auto. Enkele seconden hierna zag ik dat een mij onbekend persoon, een man, uit de richting van de voordeur van [nummer] tevoorschijn komen. Deze man liep in de richting van de voortuin van [nummer] en boog aldaar voorover. De man pakte vervolgens een donkergekleurde, dan wel zwarte rechthoekige tas, gelijkend op een sporttas, op en liep de oprit af. Kort hierop kwam een tweede man achter de genoemde geparkeerde auto op de oprit van [nummer] tevoorschijn. De beide mannen liepen achter elkaar weg in de richting van de uitgang van de straat. Ik heb nog gekeken in de richting van de voordeur van [nummer] en zag dat een cilindertrekker op het cilinderslot van de voordeur was bevestigd. Ik ben in mijn auto gestapt. Ik zag dat mijn man te voet de mannen bleef achtervolgen. Mijn man vertelde mij dat hij had gezien dat één van de mannen was weggerend in de richting van de Joeswerd. Hierop ben ik de Solwerd opgereden. Via de Solwerd kom je namelijk terecht op de Joeswerd. Ik zag aan het begin van de Solwerd dat een zilvergrijs kleurige personenauto aan de zijkant van de weg met gedoofde lichten stilstond. Ik zag twee personen in deze auto zitten. Gelijk hierna zag ik dat de verlichting van genoemde auto aan ging en de auto met verhoogde snelheid wegreed. Ik ben achter genoemde auto aangereden. Tijdens de achtervolging heb ik continu contact gehouden met de centralist van de politiemeldkamer Noord Nederland. Toen ik dichterbij de genoemde auto kon komen, kon ik zien dat het een Kia Picanto betrof, voorzien van het kenteken [kenteken] .
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 september 2019, opgenomen op pagina 19 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant 2] :
Op 1 september 2019 rond 22.26 uur zag ik een man gehurkt zitten op de oprit van [nummer] . Ik zag tevens een man staan bij de voordeur van [nummer] aan de [straatnaam] . Beide mannen liepen weg, de straat uit. Ik ben achter ze aan gelopen en zag, bij het passeren van de voordeur van [nummer] , dat er op het slot van de voordeur een zogenaamde slotentrekker was aangebracht. Dit overtuigde mij van het feit dat beide personen aan het inbreken waren. Halverwege de straat begonnen beide verdachten te rennen. Ik zag dat beide verdachten vanaf de [straatnaam] rechtsaf gingen op de Hoogeweg. Eén van de verdachten ging rechtsaf de Bunderriet op. Hij liep naar een kleine grijze auto die geparkeerd stond op de Bunderriet. De lichten van het voertuig gingen aan en ik hoorde dat de motor gestart werd. De tweede verdachte rende de Solwerd in de richting van de Joeswerd op. Voornoemd voertuig reed tevens de Solwerd op. Nadat het voertuig even uit mijn zicht verdwenen was, zag ik een voertuig met opvallend hoge snelheid over de Solwerd rijden. Het betrof een grijze Kia, hetzelfde voertuig als waarin ik één van de verdachten had zien stappen. Toen het voertuig mij passeerde, kon ik het kenteken uitstekend ziet. Dit betrof het kenteken [kenteken] . Er zaten twee personen in het voertuig. Op dat moment zag ik ook dat mijn vrouw de [straatnaam] af kwam rijden. Ik zei tegen haar dat de Kia die wegreed de auto was waarin beide verdachten zich bevonden. Mijn vrouw reed achter de Kia aan.
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 1 september 2019, opgenomen op pagina 111 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van
[slachtoffer 2] , wonende te Roden, [straatnaam] :
Op 31 augustus 2019 te 12:45 uur heb ik mijn woning verlaten. De woning was deugdelijk afgesloten. Om 23:00 uur zag ik dat het slot van de voordeur was geforceerd. In het kozijn van de voordeur zat een beschadiging.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 3 september 2019, opgenomen op pagina 106 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van
[slachtoffer 3] :
Op 2 september 2019 om 07:45 uur kwam ik tot de ontdekking dat er ingebroken was in mijn woning aan de [straatnaam] te Roden. Het kozijn is dusdanig vernield dat het mogelijk was de deur open te maken. Mijn zoon heeft de woning op 31 augustus 2019 omstreeks 13:00 uur verlaten en de deur afgesloten.
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor aangeefster
d.d. 3 september 2019, opgenomen op pagina 108 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 3] :
Ik zag dat er twee dozen met daarin in totaal 12 flessen (Rémy Martin XO) cognac weg waren genomen. Een horloge en een ketting waren weggenomen. Tevens waren een schoudertas en een geldbedrag van € 2.000,- weggenomen. U laat mij goederen zien die u heeft aangetroffen bij verdachten. Ik herken de flessen Remy Martin cognac en de zilverkleurige ketting met hanger.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 september 2019, opgenomen op pagina 23 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Ik heb onderzoek gedaan in het voertuig voorzien van het kenteken [kenteken] . Dit voertuig is op 1 september 2019 omstreeks 22:30 uur gebruikt door de verdachten [verdachte] en [medeverdachte] .
Ik heb de volgende goederen aangetroffen in het voertuig:
- Achter de bestuurdersstoel zag ik een zwarte sporttas op de achterbank staan. In deze zwarte sporttas zag ik een groot rood breekijzer liggen, tevens zat er een kleine zwart tasje in deze zwarte sporttas. In dit kleine tasje zag ik verschillende soorten gereedschap, zwarte schroeven met een kruiskop en een wit flesje met rode dop waarin vermoedelijk olie zit. In de zwarte sporttas zag ik verder grote schroevendraaiers, een zogenaamde stille boor en een soort bivakmuts kleur zwart.
- Op de gehele achterbank trof ik in totaal 6 dozen aan met cognac Remy Martin, 4 dozen met Remy Martin XO waarvan 1 doos met 6 flessen van 700 ml en 2 dozen Remy Martin VSOP.
- Achter de bijrijdersstoel op de achterbank zag ik een zwarte telefoon in aluminiumfolie gewikkeld en een zwarte bivakmuts liggen.
- Achter in de bijrijdersstoel zag ik een klein tasje met Peugeot logo, in dit kleine
tasje zaten verschillende pasjes. Op al deze pasjes staat de naam van [medeverdachte] .
- Onder de stoel van de bestuurder trof ik een zilveren kettinkje met een groene steen aan.
- In het vakje bij de handrem zag ik een zwarte telefoon liggen.
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 6 september 2019 met bijlagen (2 foto's), opgenomen op pagina 72 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Ik keek de camerabeelden uit van [bedrijf 1] te Zuidbroek. De beelden waren voorzien van een datum- en tijdstempel. De tijd en datum zijn de werkelijke datum en tijd. (opmerking rechtbank: uit de bijgevoegde foto's blijkt dat het om 31 augustus 2019 gaat)
00:12:00 uur
Er komt een persoon bij de receptie staan. Ik herken de persoon als de aangehouden verdachte [medeverdachte] .
00:18:30 uur
Verdachte loopt weg bij de receptie en heeft een gekleurd linnen tasje in zijn rechterhand. Deze tas herken ik als de tas die ik heb aangetroffen in de Kia Picanto die in beslag is genomen onder de aangehouden verdachten.
00:23:28 uur
Er lopen drie personen voorbij de receptie. Eén persoon herken ik als verdachte [medeverdachte] . De tweede persoon draagt een groene bodywarmer. De derde persoon heeft in zijn linkerhand een zwarte sporttas.
00:20:55 uur
Verdachte [medeverdachte] , de persoon met de groene bodywarmer en de persoon met de zwarte sporttas lopen nu in de gang en gaan alle drie een kamer in.
9. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 10 september 2019 met bijlagen (2 foto's), opgenomen op pagina 96 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [getuige]:
Opmerking verbalisant: Hier op het politiebureau staat een Kia Picanto, kleur grijs en voorzien van het kenteken [kenteken]. We hebben begrepen dat jij deze personenauto hebt gehuurd.
Antwoord: Ik heb de Kia Picanto uitgeleend aan [verdachte] , mijn vriend.
Opmerking: We laten jou een foto zien
Vraag: Wie staan er op deze foto?
Antwoord: De achterste is [verdachte] .
10. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 september 2019, opgenomen op pagina 76 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Door de politie Noord-Nederland wordt regelmatig gebruik gemaakt van ANPR (Automatic NumberPlate Recognition) gegevens. Met ANPR scant een camera kentekens van voorbijrijdende voertuigen. Middels het systeem ARGUS kunnen deze kentekens worden uitgelezen. Het kenteken van de KIA, [kenteken] , is middels ARGUS bevraagd voor de periode 30 augustus - 1 september 2019. De resultaten hiervan worden in een Excelbestand weergegeven, deze is bijgevoegd. Hieruit blijkt het volgende:
Kenteken Tijdstip Locatienaam
[kenteken] 31-08-2019 19:34 N33 Veendam
[kenteken] 31-08-2019 20:48 N372 x Roderweg
[kenteken] 31-08-2019 20:50 N372 x Roderwolderweg
[kenteken] 31-08-2019 20:51 N372 x Roderwolderweg
[kenteken] 31-08-2019 21:58 N3 72 x Bunnerveenseweg
De N372 is de ringweg rond de plaats Roden. De inbraak in Roden, [straatnaam] vond plaats op 31 augustus tussen 12:45-23:00.
Kenteken Tijdstip Locatienaam
[kenteken] 01-09-2019 18:26 N372 x Roderweg 1
[kenteken] 01-09-2019 18:28 N372 x Roderwolderweg 1
[kenteken] 01-09-2019 20:18 N370 Friesestraatweg 1
[kenteken] 01-09-2019 20:36 N370 Friesestraatweg 1
[kenteken] 01-09-2019 20:51 N372 x Roderweg
[kenteken] 01-09-2019 20:53 N372 x Roderwolderweg
[kenteken] 01-09-2019 21:40 N372 x Bunnerveenseweg 1
[kenteken] 01-09-2019 21:53 N370 Friesestraatweg 1
[kenteken] 01-09-2019 23:07 A28 Hoogeveen 1
[kenteken] 01-09-2019 23:16 A28 Lankhorst Utrecht 1
Vanaf de ringweg Friesestraatweg is de straat [straatnaam] eenvoudig te bereiken. Uit bovenstaande blijkt dat de Friesestraatweg op 1 september meerdere keren is bereden.
De poging inbraak in de woning [straatnaam] in Groningen wordt op heterdaad ontdekt op
1 september te 22:26 uur. Nadat de verdachten in genoemde KIA zijn gevlucht is het kenteken door de meldkamer in de ANPR geplaatst en is door de politie post gevat op het knooppunt Lankhorst. Om 23:16 uur passeerde de KIA vervolgens waarop beide verdachten zijn aangehouden.
11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 10 oktober 2019, opgenomen op pagina 85 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op 3 september 2019 werd een zwarte iPhone in beslag genomen. De mobiele telefoon was aangetroffen in de auto, een Kia Picanto voorzien van het kenteken [kenteken] . De telefoon was in aluminiumfolie gewikkeld. De mobiele telefoon is onderzocht door de afdeling digitale expertise van de politie Noord-Nederland. De bestanden van de telefoon zijn gekopieerd en aan het onderzoeksteam ter beschikking gesteld. Hieruit bleek mij onder andere het volgende:
De telefoon is voorzien van Imei [imeinummer] . Uit de WhatsApp valt op te maken dat gebruik wordt gemaakt van het telefoonnummer [mobielnummer] .
In de mobiele telefoon waren onder andere de volgende contacten opgeslagen:
Naam Telefoonnummer
Mams [mobielnummer]
Oma [mobielnummer]
Bovengenoemde telefoonnummers zijn gevorderd bij het centraal informatiepunt onderzoek
telecommunicatie (CIOT). Uit het antwoord blijkt dat het telefoonnummer [mobielnummer] (gebruiker toestel) en het telefoonnummer [mobielnummer] (contact mams) op naam staan van [naam 1] , [straatnaam] te [woonplaats] . Op het adres [straatnaam] staat onder andere ingeschreven [naam 1] , geboren op [geboortedatum] 1983. Zij is de moeder van verdachte [medeverdachte] . Het telefoonnummer [mobielnummer] (contact oma) staat volgens het CIOT op naam van
[naam 2] , [straatnaam] in [woonplaats] . Op dit adres staat ingeschreven [naam 2] , geboren op [geboortedatum] 1957. Zij is de oma van verdachte [medeverdachte] .
12. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 25 oktober 2019, opgenomen op pagina 88 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
In de Kia Picanto voorzien van het kenteken [kenteken] werd een zwarte mobiele telefoon van het merk Alcatel aangetroffen en in beslag genomen. De mobiele telefoon is onderzocht door de afdeling digitale expertise van de politie Noord-Nederland. De bestanden van de telefoon zijn gekopieerd en aan het onderzoeksteam ter beschikking gesteld.
Hieruit bleek mij onder andere het volgende:
Internetgeschiedenis
Laatst bezocht op Titel
31-08-2019 01:02:12 [bedrijf 1]
31-08-2019 13:31:37 [bedrijf 2]
31-08-2019 23:52:39 [bedrijf 3]
13. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen
d.d. 8 november 2019, opgenomen op pagina 90 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
De iPhone voorzien van het IMEI nummer [imeinummer] straalt op 30 augustus meerdere masten aan in de omgeving Soest/Amersfoort. In de avond van 30 augustus verplaatst de telefoon zich richting Noord Nederland. De telefoon straalt masten aan in
't Harde, Hoogeveen, Beilen, Assen en uiteindelijk Groningen. Vanaf 31 augustus straalt de telefoon masten aan in Sappemeer en Muntendam. Hier zou [bedrijf 1] in Zuidbroek onder kunnen vallen.
14. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 oktober 2019, opgenomen op pagina 94 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
[slachtoffer 2] staat ingeschreven op het adres [straatnaam] te Roden en heeft op 1 september 2019 aangifte gedaan in verband met een inbraak in zijn woning. [slachtoffer 2] verklaarde dat hij mede-eigenaar is van het [bedrijf 3] in Nieuw Roden. [slachtoffer 1] staat ingeschreven op het adres [straatnaam] in Groningen en heeft op 1 september 2019 aangifte gedaan in verband met een poging inbraak in haar woning. [slachtoffer 1] verklaarde dat zij eigenaar is van [bedrijf 4] in Groningen. Aangeefster [slachtoffer 3] woont op het adres [straatnaam] in Roden en heeft op 3 september 2019 aangifte gedaan in verband met een inbraak in haar woning. [slachtoffer 3] is volgens de Kamer van Koophandel eigenaar van het [bedrijf 2] aan de [straatnaam] in Beerta.
Bewijsoverweging
Op grond van bovenstaande bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat op 1 september 2019 is geprobeerd in te breken in de woning aan de [straatnaam] te Groningen. Twee politieagenten hebben rond 22.25 uur die avond twee mannen bij de woning gezien. Deze twee mannen zijn op de vlucht geslagen, waarbij zij zijn achtervolgd door de beide agenten. De twee mannen zijn in een Kia Picanto gestapt, welke auto, met daarin verdachte en medeverdachte [medeverdachte] , om 23.16 uur in de buurt van Meppel is staande gehouden. De rechtbank acht daarmee bewezen dat het verdachte en medeverdachte [medeverdachte] zijn geweest die de onder 1 ten laste gelegde poging tot inbraak hebben gepleegd.
Uit de bewijsmiddelen volgt verder dat verdachte en medeverdachte vanuit de omgeving [woonplaats] /Amersfoort naar het noorden van Nederland zijn gekomen. Verdachte reed in een door zijn vriendin gehuurde Kia Picanto, waarvan het navigatiesysteem onbruikbaar was gemaakten de telefoon van medeverdachte [medeverdachte] was gewikkeld in aluminiumfolie. De rechtbank maakt hieruit op dat verdachten aanleiding hadden om niet traceerbaar te willen zijn.
Op 31 augustus 2019, omstreeks 00.20 uur, zijn beide verdachten, tezamen met een onbekend gebleven man, een hotelkamer in Zuidbroek binnengegaan. Verdachte is door zijn vriendin op camerabeelden van het hotel herkend. De rechtbank acht, anders dan de raadsman, deze herkenning betrouwbaar. Het dossier bevat kwalitatief goede stills van de camerabeelden, waarop een herkenning kan worden gebaseerd. Bovendien betreft het een herkenning door een persoon die dichtbij verdachte staat. De rechtbank gaat er – ook bij gebrek aan een alternatief scenario van de kant van de verdediging - van uit dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] vanaf dat moment tot hun aanhouding samen zijn geweest.
Na de aanhouding van beide verdachten is in de huurauto inbrekersgereedschap aangetroffen, alsmede goederen die afkomstig bleken te zijn van de onder 3 ten laste gelegde inbraak.
Alle drie de ten laste gelegde feiten zijn gepleegd tussen 31 augustus om 12.45 uur en
1 september om 22.25 uur, dus binnen een tijdsbestek van nog geen anderhalf etmaal, en dat binnen een straal van zo’n 30 autominuten, waarbij het slachtoffer telkens een Chinese nationaliteit heeft en eigenaar van een restaurant is. Dat op zich geeft al grond voor het ernstige vermoeden dat de inbraken door dezelfde dader(s) zijn gepleegd. Dit vermoeden wordt nog versterkt doordat met een in de huurauto aangetroffen telefoon op internet is gezocht naar de restaurants van de aangevers van de feiten 2 en 3. Deze aangevers wonen in Roden, in welke omgeving de gehuurde Kia Picanto is gesignaleerd.
Alle voorgaande omstandigheden tezamen maken dat de rechtbank ook bewezen acht dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] de feiten 2 en 3 primair hebben gepleegd. Dat het bij feit 2 aangetroffen schoenprofiel niet bij verdachten past, is niet ontlastend, maar kan er bijvoorbeeld op wijzen dat een derde persoon bij het delict is betrokken. Voorts heeft verdachte wederom geen feiten of omstandigheden aangevoerd, op grond waarvan tot een andere conclusie moet worden gekomen.