ECLI:NL:RBNNE:2020:4132
Rechtbank Noord-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van een rechter wegens het niet opleggen van mediation
Op 11 september 2020 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Noord-Nederland in Groningen een beslissing genomen op een wrakingsverzoek van een verzoekster. Het verzoek was gericht tegen mr. A.A.J. Smelt, de rechter die betrokken was bij een andere procedure tussen de verzoekster en de NVM. De verzoekster stelde dat de rechter had nagelaten om dwingende mediation op te leggen, wat zij als een schending van haar rechten beschouwde.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat het wrakingsverzoek kennelijk niet-ontvankelijk is. Dit is gebaseerd op het feit dat de verzoekster geen concrete feiten of omstandigheden heeft aangevoerd die zouden wijzen op een vooringenomenheid van de rechter. De rechtbank benadrukte dat het enkele feit dat de rechter niet heeft gereageerd op het verzoek om mediation niet voldoende is om te concluderen dat er sprake is van vooringenomenheid.
De rechtbank verklaarde het verzoek tot wraking dan ook niet-ontvankelijk en besloot dat de procedure met registratienummer C/17/167770 / HA ZA 19-133 voortgezet zal worden in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing werd openbaar uitgesproken en de griffier was niet in staat om deze mede te ondertekenen.