ECLI:NL:RBNNE:2020:3957
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens opzettelijk aanwezig hebben van afval van synthetische drugsproductie met taakstraf en geldboete
Op 20 november 2020 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die op 24 mei 2018 te Zuidbroek, gemeente Midden-Groningen, opzettelijk ongeveer 60 liter kristallisatieafval bevattende MDMA aanwezig heeft gehad. De verdachte, bijgestaan door advocaat mr. A. Allersma, werd geconfronteerd met de tenlastelegging van het openbaar ministerie, dat vertegenwoordigd werd door mr. D. Homan-de Boer. Tijdens de zitting op 6 november 2020 werd het bewijs tegen de verdachte besproken, waarbij de verdediging aanvoerde dat de verdachte geen opzet had bij het aanwezig hebben van de illegale vloeistof. De rechtbank oordeelde echter dat de verdachte en zijn medeverdachte, door het inladen van de vrieskist met het kristallisatieafval, op zijn minst bewust de aanmerkelijke kans hebben aanvaard dat zij met illegale stoffen te maken hadden. De rechtbank achtte de verklaringen van de verdachte en medeverdachte niet geloofwaardig en concludeerde dat zij het kristallisatieafval opzettelijk aanwezig hebben gehad. De rechtbank veroordeelde de verdachte tot een taakstraf van 120 uren en een geldboete van € 10.000,00, met vervangende hechtenis bij niet-betaling. De rechtbank weegt hierbij de ernst van de feiten en de bijdrage aan de criminele activiteiten in de synthetische drugshandel zwaar mee.