Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partij
2. [benadeelde partij 6] , tot een bedrag van € 450,- ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
3. [benadeelde partij 34] , tot een bedrag van € 2.000,- ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
2. [benadeelde partij 36] , tot een bedrag van € 450, ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
3. [benadeelde partij 33] , tot een bedrag van € 99,- ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
Beslag
Vordering na voorwaardelijke veroordeling
Toepassing van wetsartikelen
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Uitspraak
De rechtbank
een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden.
een gedeelte, groot 15 maanden), niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 3 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
[benadeelde partij 4]toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 209,- (zegge: tweehonderdnegen euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2019.
[benadeelde partij 4]te betalen een bedrag van € 209,- (zegge: tweehonderdnegen euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2019, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[benadeelde partij 35]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 2]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 6]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 5]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 8]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 150,- (zegge: honderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2019.
[benadeelde partij 8]voor het overige niet ontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
[benadeelde partij 8]te betalen een bedrag van € 150,- (zegge: honderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2019, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[benadeelde partij 13]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 1] V.O.F.in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 38]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 18]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 250,- (zegge: tweehonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 december 2018.
[benadeelde partij 18]te betalen een bedrag van € 250,- (zegge: tweehonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 december 2018, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[benadeelde partij 29]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 33]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 29] naam vertegenwoordiger: [benadeelde partij 19]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 32] B.V.toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 56,50 (zegge: zesenvijftig euro en vijftig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 oktober 2018.
[benadeelde partij 32] B.V.te betalen een bedrag van € 56,50 (zegge: zesenvijftig euro en vijftig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 oktober 2018, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
B.V. Spuiterij [benadeelde partij 32]in haar vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 23]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 1.276,14 (zegge: duizend tweehonderdzesenzeventig euro en veertien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 september 2018.
[benadeelde partij 23]te betalen een bedrag van € 1.276,14 (zegge: duizend tweehonderdzesenzeventig euro en veertien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 september 2018, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[benadeelde partij 36]af.
[benadeelde partij 37]in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.