Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Procesverloop
2.Feiten
3.Motivering
Echtelijke woning
4.Beslissing voor de duur van de scheidingsprocedure
fn: 744)
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Nederland op 1 juli 2020 een beschikking gegeven in een voorlopige voorziening met betrekking tot de verzorging en opvoeding van een minderjarige, die momenteel verblijft bij zijn grootouders in Marokko. De ouders van de minderjarige, die in een conflict verwikkeld zijn, hebben beiden een verzoek ingediend. De man verzocht om het gebruik van de echtelijke woning en om de minderjarige aan hem toe te vertrouwen, terwijl de vrouw verzocht om het paspoort van de minderjarige en om de minderjarige aan haar toe te vertrouwen. Tijdens de zitting op 17 juni 2020 werd duidelijk dat de ouders elkaar in een wurggreep houden en niet bereid zijn om gezamenlijk naar een oplossing te zoeken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige al geruime tijd in Marokko verblijft zonder zijn ouders en dat er grote zorgen zijn over zijn welzijn. De rechtbank heeft de verzoeken van beide ouders tot toevertrouwing van de minderjarige afgewezen, omdat de minderjarige momenteel bij zijn grootouders verblijft en er geen zicht is op een terugkeer naar Nederland op korte termijn. De rechtbank heeft wel bepaald dat de man gerechtigd is tot het gebruik van de echtelijke woning, maar heeft het verzoek van de vrouw om het paspoort van de minderjarige te ontvangen afgewezen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, maar de verzoeken van beide partijen om dit te bevestigen zijn afgewezen.