Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 8 maart 2020 te Emmen [slachtoffer 1] (zijnde een Steward, werkzaam bij Arriva) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer 1] dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga jou
doodmaken. Pas maar op je vrouw en kinderen" en/of "Weet je nog van die tram in Utrecht? Ik ga jou opblazen in die tram", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op of omstreeks 27 februari 2020 te Emmen (aan/nabij het Noorderplein) een (dames)fiets (merk Batavus), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 2] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op of omstreeks 23 februari 2020 te Groningen, in het besloten lokaal, te weten de parkeergarage van het Q-Park (gelegen aan de Rademarkt), althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, in gebruik wederrechtelijk is binnengedrongen immers was hem,
verdachte, met ingang van 18 februari 2020 schriftelijk de toegang tot die plaats ontzegd voor de duur van één jaar;
hij op of omstreeks 19 november 2019 te Groningen, een fiets, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 3] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking;
hij op of omstreeks 17 december 2019 te Groningen, een goed, te weten een fiets heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
Beoordeling van het bewijs
Ik was vanavond in uniform gekleed en met toezicht belast op het Station in Emmen,
belast met het toezicht op de handhaving van de openbare orde.
Een trein eerder had ik de man die mij bedreigde geweerd uit de trein, omdat hij geen kaartje had.
Na de pauze liepen we samen richting perron 1. Ik zag twee collega's van Veiligheids-zorg Drenthe op perron 1. Ik zag dat de collega's een man uit de trein haalden. De man had een lengte van ongeveer 170 cm / 175 cm, denk Antilliaans, dread locks en erg onverzorgd uiterlijk.
Ik hoorde dat [slachtoffer 1] tegen de man zei: "Als je zo doorgaat, neem ik je niet mee." Hierop hoorde ik de man schreeuwen: "Ik ga je vermoorden! Aan je vrouw en kinderen moet je ook denken.
Toen ze omstreeks 12.00 uur uit de cursus kwam bleek dat haar fiets was verdwenen.
Er werd mij door de Mediamarkt verteld dat er inderdaad camerabeelden zijn die ook een stukje van buiten hun pand opnemen.
Vanmorgen, vrijdag 28 februari, ben ik weer op zoek gegaan naar deze man. Om ongeveer 11.00 uur vond ik de man. Hij zat binnen bij de dagopvang van het Leger des Heils hier in Emmen.
Op vrijdag 3 maart 2020 bekeek ik de camerabeelden die afkomstig waren van de winkel Mediamarkt, gevestigd aan het Noorderplein 70 te Emmen. Direct naast het winkelpand van de Mediamarkt is de bibliotheek gevestigd.
Ik zag bij de eerste opname vermeld staan "Camera 24"en de datum 27/02/2020 met daarbij tijdstippen 09:57.25 09:57.35 uur. Ik zag op deze camerabeelden een mij onbekende vrouw op een damesfiets. Ik zag dat zij met deze damesfiets uit de richting van de Derkstraat/ Noorderstraat kwam fietsen en richting de linkerzijde van het beeld fietst. Ik zag dat de vrouw fietste op een damesfiets voorzien van wit/lichtkleurig fietsmandje aan het stuur bevestigd en aan de achterzijde een zwarte of donkerkleurige fietstassen bevestigd.
Ik zag bij de tweede opname vermeld staan "Camera 24"en de datum 27/02/2020 met daarbij de tijdstippen 10:33.33 10:33.40 uur. Ik zag de mij ambtshalve bekende persoon [verdachte] vanuit de richting van de ingang van de bibliotheek het beeld van de camera in komt fietsen. Ik zag dat genoemde persoon met deze fiets voor de Mediamarkt langs fietst en de onderdoorgang richting Westerstraat in fietst en hierna uit beeld verdwijnt. Ik, verbalisant, zag dat de mij ambtshalve bekende [verdachte] op een fiets zat die soortgelijk was aan de fiets waar de onbekende vrouw zojuist op gefietst had. Ik herkende deze fiets onder andere aan het wit/lichtkleurige fietsmandje dat aan de voorzijde aan het stuur van de fiets is bevestigd en aan de zwarte/donkere fietstassen die op de bagagedrager aan de achterkant van de fiets zijn bevestigd.
Wij verbalisanten zijn ter plaatse gegaan en zagen bij de ingang van een bewaakte
parkeergarage aan de Prinsenstraat te Groningen aan de achterzijde het hotel Martini een man op zijn rug liggen met zijn geslachtsdeel uit zijn broek en met zijn benen wijd uit elkaar gespreid. Wij verbalisanten zagen dat verdachte met zijn linkerhand zijn geslachtsdeel in zijn hand had. Verdachte schrok van onze komst en sprong ineens op. Op het moment dat verdachte stond konden wij verbalisanten duidelijk zien dat hij zijn broek los had en zijn onderbroek omlaag.
Op donderdag 20 februari 2020, omstreeks 14:30 uur, kreeg ik een telefoontje van een medewerker van de Handhaving van de gemeente Groningen. Ik hoorde de man mij meldde dat hij een persoon had aangetroffen in het trappenhuis van de parkeergarage. Deze persoon zou een verblijfsontzegging hebben voor de parkeergarage. Het zou gaan om [verdachte] , geboren op [geboortedatum] 1976.
Bewezenverklaring
hij op 8 maart 2020 te Emmen [slachtoffer 1] zijnde een Steward, werkzaam bij Arriva heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht door die [slachtoffer 1] dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga jou doodmaken. Pas maar op je vrouw en kinderen" en "Weet je nog van die tram in Utrecht? Ik ga jou opblazen in die tram";
hij op 27 februari 2020 te Emmen aan het Noorderplein een damesfiets (merk Batavus), dat aan een ander toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op 23 februari 2020 te Groningen, in het besloten lokaal, te weten de parkeergarage van het Q-Park gelegen aan de Rademarkt, in gebruik wederrechtelijk is binnengedrongen immers was hem, verdachte, met ingang van 18 februari 2020 schriftelijk de toegang tot die plaats ontzegd voor de duur van één jaar;
hij op 17 december 2019 te Groningen, een goed, te weten een fiets voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partijen
Vordering na voorwaardelijke veroordeling
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor de duur van twee
jaren.
[slachtoffer 1]toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
300,--(zegge: driehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 maart 2020.
[slachtoffer 1]te betalen een bedrag van €
300,--(zegge: driehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 maart 2020, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 6 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
[slachtoffer 2]toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
256,67(zegge: tweehonderd zesenvijftig euro en zevenenzestig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 februari 2020.
[slachtoffer 2]te betalen een bedrag van €
256,67(zegge: tweehonderd zesenvijftig euro en zevenenzestig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 februari 2020, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 5 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[getuige 3]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
13,56(zegge: dertien euro en zesenvijftig), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 december 2019.
[getuige 3]te betalen een bedrag van €
13,56(zegge: dertien euro en zesenvijftig), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 december 2019, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door gijzeling voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.