Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Regiecentrum Bescherming en Veiligheid,
1.Procedure
2.Feiten
3.De vordering en de - samengevatte - standpunten van partijen en de GI
4.Beoordeling
Spoedeisend belang
5.Beslissing
fn: 458)
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 13 mei 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een vrouw en een man, die in een eerdere relatie samen twee minderjarige kinderen hebben. De vrouw verzocht de voorzieningenrechter om de man te verplichten de zorgregeling, zoals vastgesteld in eerdere beschikkingen, na te komen. Door de coronamaatregelen was de uitvoering van de zorgregeling in het gedrang gekomen, wat leidde tot een geschil tussen de partijen. De vrouw stelde dat de man zich niet aan de zorgregeling hield en dat hij het coronavirus als excuus gebruikte om de omgang met de kinderen te beperken. De man daarentegen betoogde dat hij de richtlijnen rond het coronavirus volgde en dat hij de zorgregeling vanaf 20 mei 2020 weer wilde hervatten.
De voorzieningenrechter oordeelde dat er sprake was van een spoedeisend belang, aangezien de vrouw de kinderen sinds twee maanden niet had gezien. De rechter benadrukte dat de eerdere uitspraken van de rechtbank en het gerechtshof nagekomen dienden te worden, tenzij er zwaarwegende omstandigheden waren die dit in de weg stonden. De voorzieningenrechter concludeerde dat de man onvoldoende had onderbouwd waarom de zorgregeling niet kon worden nageleefd en dat de gezondheidssituatie van zijn partner niet als redengevend kon worden meegewogen.
Daarom werd de vordering van de vrouw toegewezen, waarbij werd bepaald dat de kinderen vanaf 16 mei 2020 bij de vrouw zouden verblijven en dat de zorgregeling tot de zomervakantie zou worden aangepast. Tevens werd een dwangsom opgelegd aan de man voor het geval hij de zorgregeling niet zou naleven. De man werd ook veroordeeld in de proceskosten van de vrouw, die op € 1.011,96 werden begroot. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de man onmiddellijk aan de uitspraak diende te voldoen, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.