In deze zaak heeft de kinderrechter op 13 maart 2020 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige, geboren in 2019, momenteel onder toezicht staat van de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering (GI) en verblijft bij pleegouders. De ouders van de minderjarige hebben in het verleden problemen gehad met middelengebruik en zijn bezig met hulpverlening. De kinderrechter heeft de ouders vier maanden de tijd gegeven om zich verder te ontwikkelen, terwijl de GI de mogelijkheid van een perspectiefbiedend pleeggezin onderzoekt. De kinderrechter heeft de gronden voor de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing aanwezig geacht, maar heeft de machtiging tot uithuisplaatsing niet voor de volledige duur toegewezen, omdat er nog mogelijkheden zijn voor de ouders om hun situatie te verbeteren. De kinderrechter heeft benadrukt dat het belang van de minderjarige voorop staat en dat de ouders nu alles moeten doen om hun situatie te verbeteren. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd tot 13 maart 2021 en de machtiging tot uithuisplaatsing tot 13 juli 2020, met de mogelijkheid van een vervolg zitting voor verdere beoordeling.