Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding;
- de mondelinge behandeling en de ten behoeve daarvan op voorhand overgelegde stukken, waaronder de akte houdende aanvulling/wijziging van gronden en aanvulling/wijziging van de eis in kort geding;
- de pleitnota van Eco Reest en GIN;
- de pleitnota van de waterschappen.
2.De feiten
- de Gedragsverklaring aanbesteden ontbreekt;
- de Verklaring van de belastingdienst ontbreekt.
3.Het geschil
4.De beoordeling
kanleiden tot het alsnog terzijde leggen van de inschrijving en herziening van de gunningsbeslissing door de waterschappen. Weliswaar bepaalt artikel 2.9, aanhef en onder b, van de Aanbestedingsleidraad dat het niet-overleggen van de gevraagde informatie dan wel het niet in staat zijn de informatie over te leggen, tot uitsluiting van verdere deelname leidt, maar deze bepaling sluit niet uit dat het
niet-tijdigoverleggen van stukken niet automatisch tot uitsluiting leidt. De bepaling in punt 1.3.1 van de vragenlijst Aanbestedingsinformatie, die specifiek ziet op de situatie van het niet-tijdig overleggen van de gevraagde informatie, is daarom niet in strijd met artikel 2.9, aanhef en onder b, van de Aanbestedingsleidraad. Ook is de voorzieningenrechter van oordeel dat een behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijver voormelde bepalingen redelijkerwijs zo heeft moeten begrijpen dat, indien hij een bewijsmiddel niet tijdig zou indienen, de waterschappen hem de mogelijkheid zouden bieden dit verzuim te herstellen, voor zover wet- en regelgeving dit zouden toestaan. Uitsluiting zou onder meer volgen als hij dit verzuim niet zou herstellen of als wet- en regelgeving herstel van dit verzuim niet zouden toestaan.
€ 490,00(0,5 x tarief € 980,00)