ECLI:NL:RBNNE:2019:466
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van marktplaatsoplichting en bewezenverklaring van gewoontewitwassen
Op 11 februari 2019 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, geboren in 1992, die beschuldigd werd van marktplaatsoplichting en gewoontewitwassen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich in de periode van 2 juni 2015 tot en met 25 juni 2015 schuldig heeft gemaakt aan het verhullen van de herkomst van meerdere geldbedragen, die afkomstig waren uit oplichting via Marktplaats.nl. De verdachte heeft zijn bankrekeningen ter beschikking gesteld aan een medeverdachte en heeft geldbedragen voor hem gepind, waardoor de rechthebbende op de gelden werd verhuld. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat hij de advertenties op Marktplaats.nl had geplaatst, en sprak hem vrij van de primair ten laste gelegde oplichting. Echter, de rechtbank achtte het subsidiair ten laste gelegde, namelijk het medeplegen van witwassen, wel bewezen. De rechtbank overwoog dat de verdachte een significante bijdrage had geleverd aan de verhullingsconstructie en dat hij opzet had op het witwassen van crimineel vermogen. De rechtbank besloot geen straf of maatregel op te leggen, rekening houdend met eerdere veroordelingen en de tijd die sinds het feit was verstreken. De vordering van de benadeelde partij werd niet ontvankelijk verklaard, en de vordering tot tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke veroordeling werd afgewezen.