Bewijsmiddelen
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven, waarbij ieder bewijsmiddel – ook in onderdelen – slechts is gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft:
1. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 17 maart 2019, opgenomen op pagina 47 en verder van het dossier van de Politie Fryslân, met nummer 2019066782 e.a. d.d. 6 mei 2019, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 1] :
Op 16 maart 2019, omstreeks 20.50 uur was ik in de bakkerij gevestigd op het adres de [straatnaam] te Workum. Ik heb toen mijn autosleutels en een pakje nieuwe sigaretten op de werkbank in de bakkerij gelegd. Het merk van de sigaretten was Camel. Omstreeks 21.45 uur ben ik weer naar de bakkerij gegaan. Ik zag dat het pakje sigaretten niet meer op de werkbank lag en de autosleutels waren ook weg. Mijn zoon is met een vriend naar de bakkerij gereden. Zij zagen dat in de tuin van de buren een man stond. Mijn zoon heeft die man in de bakkerij gebracht. Die man heeft zijn zakken leeg gemaakt en daar kwam een pakje sigaretten uit van het merk Camel. De folie was er af en er ontbrak een sigaret.
2. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 16 maart 2019, opgenomen op pagina 50 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [getuige 1] :
Ik werd op 16 maart 2019, omstreeks 21.55 uur gebeld door mijn vader [slachtoffer 1] . Hij vertelde mij dat zijn autosleutels en een pakje sigaretten weg waren. Ik ben met [getuige 2] naar het adres de [straatnaam] te Workum gereden. Ik zag achter het potterbakkershuis iemand lopen. Dit is een restaurant, een paar panden naast de bakkerij. Ik ben uit de auto gestapt en ben in de richting van deze persoon gelopen. Ik heb tegen hem gezegd kom maar met mij mee (de rechtbank begrijpt: naar de bakkerij).
3. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 16 maart 2019, opgenomen op pagina 29 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 1] en [verbalisant 2] :
Op 16 maart 2019, omstreeks 22.20 uur kwamen wij verbalisanten ter plaatse aan de [straatnaam] te Workum. In de achtertuin zagen wij, de ons ambtshalve bekende, [verdachte] staan. Ik hoorde dat mijn collega [verbalisant 2] vroeg of hij zijn zakken leeg wilde maken om de verdachte te kunnen fouilleren. Wij zagen dat de verdachte onder meer een pakje Camel sigaretten uit zijn zakken haalde.
4. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 26 maart 2019, opgenomen op pagina 55 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [getuige 2] en [getuige 3] :
Op 17 maart 2019 zijn wij ter plaatse gegaan naar het adres [straatnaam] te Workum. Hier had de aangever zijn autosleutel van het merk Audi gevonden in de achtertuin. Deze sleutel was op 16 maart 2019 weggenomen. [slachtoffer 1] heeft ons vervolgens gebracht naar de plek waar hij zijn Audi-sleutel heeft aangetroffen. [slachtoffer 1] verklaarde ons dat zijn zoon nagenoeg op dezelfde plaats [verdachte] had aangetroffen alwaar nu de Audi-autosleutel ook werd aan getroffen.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 20 maart 2019, opgenomen op pagina 312 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 3] (namens [benadeelde partij 3] ):
Ik ben eigenaar van [benadeelde partij 3] , gevestigd aan de [straatnaam] te Workum. Tussen 9 februari 2019 te 20.00 uur en 10 februari 2019 te 08.00 uur is er ingebroken in het bedrijf. De volgende goederen zijn weggenomen:
- een negentiende-eeuwse klok, met twee paarden, goud verguld;
- een negentiende-eeuws schilderij met boslandschap in goudkleurige lijst;
- vier modelauto's; tweemaal een Landrover; een Mercedes en een Opel;
- een twintigste-eeuws schilderij met twee fazanten in winterbos.
6. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 19 maart 2019, opgenomen op pagina 99 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 3] en [verbalisant 4] :
Om 13:10 uur (de rechtbank begrijpt: op 18 maart 2019), betraden wij, verbalisanten de woning van verdachte [verdachte] , gelegen aan de [straatnaam] te Hindeloopen. Wij hebben onder meer een goudkleurige klok, met 2 paarden bovenop, in beslag genomen. Deze klok stond in de woonkamer.
7. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 maart 2019, opgenomen op pagina 350 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 5] :
In de woning van [verdachte] (de rechtbank begrijpt: de woning gelegen aan de [straatnaam] te Hindeloopen) is op 18 maart 2019 een aantal goederen in beslag genomen. Onder de in beslag genomen goederen bevond zich ook een goudkleurige klok met twee paardjes op de bovenkant. Na onderzoek bleek deze klok gestolen te zijn tussen 9 februari 2019, omstreeks 20:00 uur en 10 februari 2019, omstreeks 08:00 uur, aan de [straatnaam] te Workum (de rechtbank begrijpt: uit het bedrijfspand van [benadeelde partij 3] ).
8. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 maart 2019, opgenomen op pagina 353 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 3] en [verbalisant 5] :
Op 21 maart 2019 betraden wij de woning van verdachte [verdachte] , gelegen aan de [straatnaam] te Hindeloopen. Ik, verbalisant [verbalisant 5] , had foto's meegenomen van de weggenomen goederen van de bedrijfsinbraak in de [benadeelde partij 3] . Wij verbalisanten zagen dat er een modelauto, merk Mercedes, in een doosje op het televisiemeubel stond. Wij zagen dat deze modelauto overeenkwam met de weggenomen modelauto van [benadeelde partij 3] . In de trapkast zagen wij dat er een Landrover modelauto op de vloer stond. Ook zagen wij dat er twee schilderijen met goudkleurige lijsten in de trapkast stonden. Ik, verbalisant [verbalisant 5] , opende een doos en zag dat er twee modelauto's van het merk Opel en Landrover in lagen. Wij, verbalisanten, herkenden alle genoemde goederen van de foto's welke aangever van de bedrijfsinbraak [benadeelde partij 3] had toegestuurd.
9. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 6 december 2018, opgenomen op pagina 193 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 6] :
Op 5 december 2018 omstreeks 17:30 heeft mijn moeder de winkel [benadeelde partij 5] , gelegen aan het [straatnaam] te Workum slotvast afgesloten. Op 6 december 2018 omstreeks 09:00 uur constateerde mijn dochter dat de voordeur van de winkel op een kier stond. Daarna zagen wij dat het cilinderslot van de deur was afgebroken. Wij hebben met de politie in de winkel gekeken. Wij zagen toen dat de kassa in zijn geheel weggenomen was.
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 16 december 2018, opgenomen op pagina 220 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 6] :
Op 6 december 2018 nam ik, [verbalisant 6] , een aangifte op van diefstal doormiddel van braak uit een winkel gelegen [straatnaam] te Workum. Door de aangeefster was verklaard was dat er op de plaats delict een schroevendraaier achter was gebleven. De aangeefster verklaarde dat de schroevendraaier niet van haar was.
11. een kennisgeving van inbeslagneming d.d. 6 december 2018, opgenomen op pagina 485 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [verbalisant 7] :
Op het adres [straatnaam] Workum werd op 6 december 2018 een schroevendraaier met goednummer PL0100-2018319668-1082261 in beslaggenomen. Deze schroevendraaier werd achtergelaten door de dader op de toonbank.
12. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal sporenonderzoek d.d. 10 december 2018, opgenomen op pagina 199 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 7] :
Op de vastgelegde beelden (de rechtbank begrijpt: de beelden die door het
beveiligingscamerasysteem van het bedrijf [benadeelde partij 5] te Workum zijn gemaakt) was te zien dat op 6 december 2018, omstreeks 00:03 uur een persoon het pand aan de [straatnaam] Workum betreed. Op de rug draagt de persoon een rugzak. Een schroevendraaier wordt op de balie gelegd. Vervolgens verlaat de persoon met de gehele kassa de winkel. De schroevendraaier blijft achter.
13. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal biologisch vooronderzoek d.d. 10 december 2018, opgenomen op pagina 201 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [naam 1] :
Op 6 december 2018 werd door mij een forensisch onderzoek verricht naar biologische sporen aan een schroevendraaier met goednummer PL0100-2018319668-1082261. Ik heb het spoor met nummer PL0100-2018319668-48510 veiliggesteld, gewaarmerkt met SIN AAMD5935NL en verzegeld.
14. een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, zaaknummer 2018.12.21.235 (aanvraag 001), d.d. 7 januari 2019 opgemaakt door [naam 2] , opgenomen op pagina 205 en verder van voornoemd dossier, voor zover inhoudend als verklaring van [naam 2] :
Het sporenmateriaal met SIN AAMD5935NL (epitheel) is onderworpen aan een DNA-onderzoek. Van het onderzochte sporenmateriaal is een DNA-profiel verkregen van een man. Uit de resultaten, interpretatie en conclusie van het vergelijkend DNA-onderzoek kwam naar voren dat het celmateriaal afkomstig kan zijn van J. [verdachte] , geboren op [geboortedatum] 1977. De matchkans van het DNA-profiel is 1 op één miljard.
15. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 11 december 2018, opgenomen op pagina 211 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [naam 3] :
Op 10 december 2018 bekeek ik de beelden welke gemaakt zijn door het
beveiligingscamerasysteem van het bedrijf [benadeelde partij 5] te Workum (de rechtbank begrijpt: de camerabeelden van de nacht van 5 op 6 december 2018). Op camera één is te zien dat een persoon in de winkel is. Op de rug draagt de persoon een rugzak. Ik zag dat op elke schouderband van de rugzak twee reflectoren zaten. Aan de voorzijde van de rugzak zijn de schouderbanden aan elkaar te bevestigen middels een donkerkleurige sluiting. Deze sluiting hing los voor de borst van de persoon. Op de achterzijde van de rugtas daar waar de schouderbanden bij elkaar komen is een til-lus zichtbaar. Tevens is te zien dat vermoedelijk een merklabel met opdruk in het midden van de rugzak zit. Onder het merklabel zit een ritssluiting met een donkerkleurige trekkoord. Ik zag dat de rugzak bestond uit in ieder geval twee compartimenten welke middels een ritssluiting te openen zijn. Per rits zaten twee sluitingen met aan elke sluiting een donkerkleurige trekkoord. Het stof van de rits is lichter gekleurd dan de rugtas. Aan elke zijkant van de rugzak zit een open vak voor bijvoorbeeld een drink bidon. Op camera twee is de persoon zeer kort in beeld. Na een aantal minuten komt de persoon terug in de winkel, pakt de kassa op en verlaat de winkel.
16. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 31 januari 2019, met als bijlage een foto, opgenomen op pagina 224 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 8] :
Op 25 januari 2019 reed ik verbalisant [verbalisant 8] op de Oosterdijk in de richting van Hindeloopen. Ik zag dat op het naast de weg gelegen fiets/wandelpad de mij bekende [verdachte] liep. Ik zag dat hij een rugzak droeg. Het viel mij op dat deze rugzak grote gelijkenis vertoonde met de rugzak die ik had gezien op de bewakingsbeelden die waren opgenomen bij de inbraak van 5 op 6 december 2018 op het [straatnaam] te Workum in de winkel " [benadeelde partij 5] ". Hierop was de dader te zien die een soortgelijke rugzak droeg. Ook het postuur van die dader kwam overeen met het postuur van de mij bekende [verdachte] .
17. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 19 maart 2019, opgenomen op pagina 301 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring [slachtoffer 7] (namens [benadeelde partij 6] ):
Ik wil aangifte doen van diefstal van gereedschap van [benadeelde partij 6] uit een schaftwoning gelegen aan de [straatnaam] in IJlst. De goederen moeten zijn weggenomen in de week van 44, 2018. Onder andere zijn twee Festool acculaders, ACL2435 en ACL2486, weggenomen.
18. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 18 maart 2019, opgenomen op pagina 83 en verder van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 3] en [verbalisant 9] :
Op 17 maart 2019 heeft een doorzoeking in de woning van verdachte [verdachte] , [straatnaam] te Hindeloopen, plaatsgevonden. In de trapkast werden twee acculaders en één accu aangetroffen van het merk Festool. Op de accu en acculaders stond de volgende tekst geschreven: [benadeelde partij 6] . De twee acculaders zijn in beslag genomen.
19. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 april 2019, opgenomen op pagina 305 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van [verbalisant 10] :
Ik toonde [verbalisant 6] , werkzaam bij [benadeelde partij 6] , de foto's van de aangetroffen goederen (de rechtbank begrijpt: de in de woning van verdachte op 17 maart 2019 aangetroffen goederen). [verbalisant 6] herkende op de afbeeldingen de goederen als de goederen van het bedrijf waar [verbalisant 6] werkzaam is. Ik hoorde [verbalisant 6] zeggen dat hij de acculaders van het merk Festool met de nummers ACL2435 en ACL2486 herkende als de acculaders van [benadeelde partij 6] .