Op 7 oktober 2019 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot zware mishandeling, mishandeling en bedreiging met zware mishandeling. De verdachte, geboren in 1989 en thans gedetineerd, heeft op verschillende data in 2019 geweld gepleegd tegen meerdere slachtoffers, waaronder beveiligers op het NS hoofdstation in Groningen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 11 april 2019 met een scherp voorwerp de wang van slachtoffer 1 heeft geraakt, wat leidde tot een poging tot zware mishandeling. Op 2 februari 2019 heeft hij slachtoffer 2 mishandeld door met zijn vingers in diens oog te drukken en hem te bijten. Op 17 februari 2019 heeft hij zowel slachtoffer 2 als slachtoffer 3 bedreigd met een pen, waarbij hij stekende bewegingen in hun richting maakte. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van enkele tenlastegelegde feiten, maar achtte de bewezenverklaring van de overige feiten voldoende onderbouwd. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven maanden, met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht. De vordering van de benadeelde partij is niet-ontvankelijk verklaard, omdat er onvoldoende bewijs was voor de gevorderde schadevergoeding.