Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Het verdere verloop van de procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
in conventie en voorwaardelijke reconventie
[A], waarin een vraagprijs werd geadviseerd van € 150.000,00 en een koopsomopbrengst van € 135.000,00. Mr. Heeg heeft volgens hem de betrouwbaarheid en juistheid van deze e-mail ter comparatie betwist en gewezen op de door [B] overgelegde waardebepaling van Noorderborg Makelaars waaruit een waarde van het pand blijkt van € 110.000,00.
behoort vanaf 1971 tot onze vriendenkring en kwam tot een jaar terug wekelijks bij ons over de vloer. (…) Heel erg jammer is dat zijn geheugen hem de laatste jaren steeds meer in de steek gaat laten .Bv,De plaatsen waar hij graag kwam niet meer kunnen vinden. Zich niet meer kunnen herinneren wat hij net van te voren heeft gedaan, Tien keer hetzelfde vertellen enz .Ook kwam hij een keer helemaal over de toeren en angstig op een morgen bij ons. Schijnt dat ik mijn huis verkocht heb en ik sta binnenkort op straat, Paniek, angst en niet voor rede vatbaar. Dit was in de periode dat hij erg in de war was omdat de huisarts hem had uitgenodigd om te praten over zijn langzame rijden in de auto."
"Ja, de waarde om het geheel netjes te krijgen zal ongeveer € 100.000,- (…) bedragen."Dit antwoord strookt niet met de vraag. Gelet op de bewoordingen van het antwoord, ziet het bedrag van € 100.000,00 op de kosten die gemoeid zijn met het weer in volledig nette staat brengen van de woning en niet op de kosten waar vraag I.2.c en de aftrek van € 57.000,00 voor achterstallig onderhoud op zien, namelijk de kosten die gemaakt moeten worden om verdere schade of vervolgschade aan de woning te voorkomen. Aan [B] kan worden toegegeven dat ook dit weer een slordigheid in het rapport van Koopmans betreft, maar dit leidt niet tot de conclusie dat Koopmans een fout in de berekening van de waarde heeft gemaakt. Al met al blijkt uit het rapport dat Koopmans de slechte staat van de woning nadrukkelijk heeft betrokken bij de waardering.