ECLI:NL:RBNNE:2019:2504
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen Belgische confiscatiebeslissing ex artikel 27 WWETGC
Op 20 maart 2019 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, uitspraak gedaan in een zaak waarbij een veroordeelde beroep had ingesteld tegen een Belgische beslissing tot confiscatie van twee bedragen, te weten € 215.448,92 en € 12.245,04. Het beroep was ingesteld op grond van artikel 27 van de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging geldelijke sancties en beslissingen tot confiscatie (WWETGC). De veroordeelde had in zijn brief van 27 november 2018 aangegeven het niet eens te zijn met de beslissing, maar had geen specifieke punten van bezwaar geformuleerd. De rechtbank oordeelde dat zij niet kon treden in het Belgische rechtsgeding of de daar genomen beslissing. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wettelijk voorgeschreven stukken aanwezig waren en dat de officier van justitie in redelijkheid tot zijn beslissing tot erkenning van de confiscatie had kunnen komen. De mondelinge behandeling vond plaats op 27 februari 2019, waarbij de veroordeelde niet aanwezig was. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, omdat de gronden van beroep niet voldoende waren onderbouwd en de rechtbank niet bevoegd was om de Belgische beslissing te herzien.