In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 11 juni 2019 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van MAN ENERGY SOLUTIONS SCHWEIZ AG (hierna: Man) tegen AQUAINTANCE B.V. IN LIQUIDATIE (hierna: Aquaintance). Man heeft verzet aangetekend tegen een eerder afgegeven verklaring van non-verzet met betrekking tot een plan van verdeling, dat door Aquaintance was ingediend na haar ontbinding op 16 november 2018. De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzet van Man tijdig was ingediend, ondanks de verwarring die was ontstaan door de abusievelijke afgifte van de verklaring van non-verzet door de rechtbank. De rechtbank oordeelde dat Aquaintance niet kon volhouden dat Man niet ontvankelijk was in haar verzoek, aangezien de verklaring van non-verzet niet rechtsgeldig was gegeven. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat er mogelijk nog een aanspraak van Man op Aquaintance bestaat, die verder onderzocht moet worden in een bodemprocedure. De rechtbank heeft besloten dat de reeds gedane uitkeringen aan aandeelhouders ten laste van het resterende batige saldo gerestitueerd moeten worden. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.