Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 29 mei 2019 in de zaak tussen
Procesverloop
Feiten
€ 10.000,- per overtreding, met een maximum van € 100.000,-.
Tevens heeft verweerder eiseres in dat besluit een last onder dwangsom (last 2) opgelegd wegens het niet bijhouden van het milieulogboek inzake de aanvoer en invoer van mest in de vergistingsinstallatie op grond van voorschriften B2 en I8 van de omgevingsvergunning. Die last bedraagt € 2.500,- per overtreding, met een maximum van € 25.000,-.
€ 20.000,- aan gesteld verbeurde dwangsommen.
Beoordeling van het beroep betreffende invordering dwangsom aangaande last 1
31 december 2017 en op het slachtproces bij de slachterij. Verweerder heeft terecht geoordeeld dat die informatie onvoldoende was, nu het exemplaar van die brief niet was ondertekend door de slachterij hetgeen door de RVO ook is benadrukt in haar brief van
23 februari 2018. Echter, in beroep heeft eiseres alsnog een volledig ondertekend exemplaar van de brief van 31 december 2017 ingediend en meer informatie gegeven over (de mestproducten voortkomend uit) het slachtproces. Daarmee heeft eiseres alsnog twijfel gezaaid over de juistheid van de VDM en verweerders aannames over de levering door de slachterij op 17 februari 2017. Verweerders verwijzing naar de brief van 23 februari 2018 ontzenuwt het tegenbewijs niet, nu die brief dateert van vóór het volledig ondertekende exemplaar van de brief van 31 december 2017. Verweerders verwijzing naar het artikel van de COV ontzenuwt het tegenbewijs evenmin, nu dat artikel slechts algemene informatie over de slachterij bevat en geen betrekking heeft op de levering van 17 februari 2017. Verweerders verwijzing naar e-mailberichten van de NVWA volstaat ook niet, omdat die berichten evenmin betrekking hebben op die specifieke levering. Daarmee blijft onvoldoende duidelijk wat de slachterij precies aan eiseres heeft geleverd. De rechtbank acht het aangewezen dat verweerder hierover nader onderzoek verricht, in ieder geval door navraag te doen bij de slachterij over die levering.
last 1 niet is gebaseerd op voldoende zorgvuldig onderzoek en een voldoende deugdelijke motivering. Het bestreden besluit moet daarom worden vernietigd wegens strijd met de artikelen 3:2 en 7:12, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (de Awb), voor zover dat besluit betrekking heeft op overtreding van last 1.
en 7. nader uitgewerkt.
Beoordeling van het beroep betreffende invordering dwangsommen aangaande last 2
Het beroep is op dit punt gegrond.
onder 5.3.2. genoemde overtreding van last 2. In dit geval is niet gebleken van bijzondere omstandigheden op grond waarvan verweerder die dwangsom niet volledig mocht invorderen. Anders dan eiseres stelt, is van een disproportionele uitkomst geen sprake.
Griffierecht en proceskostenveroordeling
Beslissing
mr. R.A. Schaapsmeerders, griffier.