Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
Ik doe aangifte van bedreiging op 17 oktober 2018. Ik zag een jongen. Het viel mij vrijwel direct op dat hij in zijn rechterhand een vuurwapen had. Ik zag dat hij het wapen naast zijn lichaam hield, ietwat naar achteren gericht. Ik schrok hier enorm van. Het was voor mij duidelijk dat hij echt op ons af liep. Uiteindelijk kwam de man echt dicht bij de auto. Omdat de jongen bij wie ik in de auto zat hard wegreed, kon hij voorkomen dat de man echt bij de auto kwam. (...) Ik zag dat hij bij een Volkswagen Golf stond. (…) hij liep wederom op ons af. Hij liep langzaam in onze richting. We reden de parkeerplaats af. (...) Op dat moment zagen wij dat de Volkswagen Golf achter ons reed. Hij reed dicht op ons. Wij werden ingehaald en hij stopte voor ons. De jongen bij wie ik in de auto zat, zag kans hem weer in te halen. Ik zag dat de auto opnieuw hard achter ons aan reed en vlak achter ons ging rijden.
Ik doe aangifte van bedreiging met een vuurwapen op 17 oktober 2018. Bij mij bestond de overtuiging, dat de verdachte zijn bedreiging werkelijk ten uitvoer zou leggen dan wel mij zou schieten met zijn vuurwapen.
Ik reed in mijn auto door Veendam (…) De VW Golf, welke voor ons reed, reed dezelfde parkeerplaats op. Ik zag dat de bestuurder van VW Golf zijn auto parkeerde op deze parkeerplaats. (...)
Terwijl wij reden zag ik ineens een man aan komen rennen vanuit de richting van de parkeerplaats. Ik zag dat hij een voorwerp vast had wat gelijkend was op een vuurwapen. Hij hield deze ook vast zoals je een pistool vast houdt. Ik zag ook dat hij het voorwerp af probeerde te dekken met zijn rechterhand maar toch kon ik het deels zien. Ik zag een loop onder zijn rechterhand uitsteken. Tevens zag ik een kolf welke in zijn linkerhand zat. (...) Op het moment dat ik het vuurwapen zag, schrok ik. (…)
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Inbeslaggenomen goederen
- 1 Stroomstootwapen in de vorm van een powerbank kleur roze;
- 17 stuks Munitie Winchester Subsonic kaliber 221r;
- 1 Pistool Walther P22;
Benadeelde partij
2. Aangever met nummer [nummer 1], tot een bedrag van € 280,35 ter vergoeding van materiële schade en € 850, - ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
een gevangenisstraf voor de duur van tien maanden.
- 1 Stroomstootwapen in de vorm van een powerbank kleur roze;
- 17 stuks Munitie Winchester Subsonic kaliber 221r;
- 1 Pistool Walther P22;
- een mobiele telefoon Apple IPhone SE kleur roze;
- een mobiele telefoon Apple IPhone X kleur zwart;
- een mobiele telefoon Apple IPhone SE kleur zwart;
- een mobiele telefoon Nokia kleur zwart;
- een mobiele telefoon Nokia kleur zwart;
aangever met nummer [nummer 2]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
€ 542, 44(zegge: vijfhonderd tweeënveertig euro en vierenveertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 oktober 2018.
aangever met nummer [nummer 2]voor het overige af.
€ 542,44(zegge: vijfhonderd tweeënveertig euro en vierenveertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 oktober 2018, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 10 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit € 42,44 aan materiële schade en € 500, - aan immateriële schade.
aangever met nummer 167782toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
780, 35(zegge: zevenhonderdtachtig euro en vijfendertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 oktober 2018.
aangever met nummer 167782voor het overige af.
780, 35(zegge: zevenhonderdtachtig euro en vijfendertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 oktober 2018, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 15 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit € 280,35 aan materiële schade en € 500, - aan immateriële schade.