Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
periode van 1 januari 2014 tot en met 18 september 2015, in de gemeente
Oldambt, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer
anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk heeft geteeld, bereid,
bewerkt, verwerkt, verkocht, afgeleverd, verstrekt en/of vervoerd en/of
aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid cocaïne,
zijnde cocaïne (telkens) een middel in de zin van artikel 1 van de Opiumwet en
als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens
artikel 3a, vijfde lid van die wet;
art 2 ahf/ond B Opiumwet
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 10 lid 4 Opiumwet
Beoordeling van het bewijs
geritsel) "daar maak je me blij mee … hoeveel dit is." [verdachte] antwoordt met "duizend is genoeg" (
geritsel). Later die dag zegt [medeverdachte] tegen zijn vriendin [naam 1] dat [verdachte] hem een envelop met geld (
geritsel) heeft gegeven. In een gesprek op 23 mei 2015 [10] zegt [medeverdachte] tegen [getuige] : ' [verdachte] 39
Bewezenverklaring
aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid cocaïne, zijnde cocaïne een middel in de zin van artikel 1 van de Opiumwet en als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I.