ECLI:NL:RBNNE:2018:814
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Th.A. Wiersma
- C.H. Beuker
- M. van der Veen
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor poging tot afpersing en wederrechtelijke vrijheidsberoving met geweld
Op 8 maart 2018 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die samen met een medeverdachte is beschuldigd van poging tot afpersing en wederrechtelijke vrijheidsberoving. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn medeverdachte de aangever in februari 2015 hebben opgezocht in Almere, waarna zij hem hebben meegenomen naar een flat in Groningen. Daar is de aangever gedurende bijna twaalf uur vastgehouden en mishandeld. De aangever heeft verklaard dat hij is geslagen, met een staaf op zijn knieën is geslagen, en dat er sigarettenpeuken op hem zijn uitgedrukt. De rechtbank heeft de verklaringen van de aangever als betrouwbaar beoordeeld, ondanks het feit dat hij is overleden voordat hij als getuige kon worden gehoord. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verklaringen van de aangever voldoende steun vinden in andere bewijsmiddelen, zoals camerabeelden en getuigenverklaringen. De verdediging heeft betoogd dat de officier van justitie niet-ontvankelijk zou moeten worden verklaard vanwege schending van het recht op een eerlijk proces, maar de rechtbank heeft dit verweer verworpen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden, waarbij rekening is gehouden met de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd. De rechtbank heeft ook de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure meegewogen, maar dit heeft niet geleid tot een lagere straf.