Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
de grond. Ik lag op de grond en zag schoenen voor mijn ogen en ik zag dat de schoenen
richting mijn gezicht gingen. Ik zag en voelde dat ze me schopten. Ik dacht op dat moment dat ze me dood wilden maken. Ze raakten mij tegen mijn hoofd. Ik heb dit gevoeld. Dit deed pijn. Ik probeerde me te beschermen door mijn hoofd weg te draaien en mijn armen voor mijn hoofd te houden. Toen de portiers ophielden met slaan en schoppen, bleven ze me stevig vast houden. Ik kon me niet goed bewegen en ook niet goed ademen omdat ze me heel stevig vast hadden en veel druk op mij uit oefenden, op mijn hoofd en op mijn hals. Ik kon mij bijna niet bewegen.
de rechtbank begrijpt:16/05) zag ik patiënt wederom. Hij gaf toen aan veel klachten te hebben van hoofdpijn, duizeligheid en concentratiestoornissen, alle passend bij een commotio cerebri, hetgeen overeenkomt met de aard van het trauma.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partij
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
een taakstraf voor de duur van 100 uren.
[slachtoffer]toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 618, 23 (zegge: zeshonderdachttien euro en drieëntwintig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 mei 2017.
[slachtoffer]dit bedrag te betalen komt te vervallen en omgekeerd, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.