Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Onderzoek van de zaak
Overwegingen van de rechtbank ten aanzien van de onderzoekswensen
Krachtens het in artikel 167, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht neergelegde opportuniteitsbeginsel is het aan het openbaar ministerie om te beslissen of -–en zo ja- wie vervolgd wordt. De verdediging stelt de vraag waarom de hiervoor bedoelde personen niet worden vervolgd, maar heeft niet voldoende gemotiveerd waarom hun verklaring van belang zou kunnen zijn voor de beantwoording van de vraag of sprake is van strijd met het verbod op willekeur en welke strafvorderlijke consequenties daar bij een bevestigend antwoord dan eventueel aan verbonden zouden moeten worden.