ECLI:NL:RBNNE:2018:4538
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van witwassen en drugshandel
Op 8 november 2018 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van witwassen en het opzettelijk aanwezig hebben van cocaïne en heroïne. De rechtbank oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de tenlastegelegde feiten. De verdachte, geboren in 1991 en thans gedetineerd in PI Leeuwarden, was bijgestaan door zijn advocaat, mr. R.P. van der Graaf, terwijl het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. M. Scharenborg.
De tenlastelegging omvatte onder andere het verwerven en voorhanden hebben van een aanzienlijk geldbedrag, dure horloges en kleding, en het opzettelijk aanwezig hebben van heroïne en cocaïne. De officier van justitie vorderde veroordeling, maar de rechtbank kon geen direct bewijs vinden dat de verdachte betrokken was bij misdrijven die de herkomst van de goederen en het geld zouden verklaren. De rechtbank oordeelde dat de verklaring van de verdachte over zijn alternatieve inkomstenbronnen concreet en verifieerbaar was, en dat het openbaar ministerie onvoldoende bewijs had geleverd om de beschuldigingen te onderbouwen.
Met betrekking tot de drugs, concludeerde de rechtbank dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte opzettelijk cocaïne en heroïne aanwezig had. De aangetroffen heroïne was in een opslagruimte die ook door anderen toegankelijk was, en de cocaïne was niet duidelijk gelokaliseerd. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van alle tenlastegelegde feiten. Tevens werden de in beslag genomen nephorloges onttrokken aan het verkeer, en werden vorderingen tot tenuitvoerlegging van eerdere voorwaardelijke veroordelingen afgewezen, nu de verdachte was vrijgesproken.