Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
verduistering;
medeplegen van verduistering;
oplichting;
verduistering.
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partij
1. [slachtoffer 1] namens [benadeelde partij 5] , tot een bedrag van € 1.962,07 ter zake van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum dat de schade is ontstaan;
2. [slachtoffer 6] namens [benadeelde partij 1] , tot een bedrag van € 4.448,99 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum dat de schade is ontstaan;
3. [slachtoffer 3] namens [benadeelde partij 4] , tot een bedrag van € 5.639,24 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum dat de schade is ontstaan;
€ 7.500,-, welk bedrag onvoldoende is gespecificeerd en ook niet met stukken is onderbouwd. Schorsing van het onderzoek om nader onderzoek te laten plaatsvinden en de benadeelde partij in de gelegenheid te stellen nadere informatie te verstrekken, zal evenwel leiden tot een onevenredige belasting van het strafgeding. De rechtbank zal dit deel van de vordering daarom niet-ontvankelijk verklaren. Voor zover de vordering niet-ontvankelijk wordt verklaard, kan deze slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden.
een gedeelte, groot 4 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, welke hierbij wordt vastgesteld op 2 jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
[slachtoffer 1]in haar vordering niet ontvankelijk is en dat de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[slachtoffer 6]toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
4.448,99(zegge: vierduizend vierhonderdachtenveertig euro en negenennegentig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 7 september 2016.
[slachtoffer 3]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
4.366,34(zegge: vierduizend driehonderdzesenzestig euro en vierendertig eurocent), in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 oktober 2016.
[slachtoffer 4]toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
1.177,25(zegge: elfhonderd zevenenzeventig euro en vijfentwintig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 augustus 2016.
[slachtoffer 5]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
2.135,02(zegge: tweeduizend honderdvijfendertig euro en twee eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 20 september 2017.
[slachtoffer 7]toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van €
10.442,30(zegge: tienduizend vierhonderdtweeënveertig euro en dertig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 13 januari 2018.