ECLI:NL:RBNNE:2018:395
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van witwassen met betrekking tot geld afkomstig van oplichting
In de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte, die de partner is van een voormalig directeur van een bedrijf, heeft de rechtbank Noord-Nederland op 6 februari 2018 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van witwassen van een bedrag van € 370.000, dat afkomstig zou zijn van de verkoop van aandelen in een bedrijf, waarvan de opbrengst uit oplichting zou zijn verkregen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat het geld uit misdrijf afkomstig was. De verdachte ontkende dit en de rechtbank oordeelde dat er geen bewijs was dat haar betrokkenheid bij het misdrijf kon aantonen. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de omstandigheden waaronder het geld op haar rekening werd gestort en de relatie die zij had met haar partner, die op dat moment directeur was van een bedrijf. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet schuldig was aan opzet- of schuldwitwassen en sprak haar vrij.