ECLI:NL:RBNNE:2018:3789

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
25 september 2018
Publicatiedatum
25 september 2018
Zaaknummer
18/730027-18
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkrijgen en bezitten van kinderpornografie met nadruk op recidivepreventie en behandeling

Op 25 september 2018 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Leeuwarden uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het gewoonte maken van het verwerven en het bezit van kinderpornografie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 1 januari 2016 tot en met 17 augustus 2017 meermalen kinderpornografische afbeeldingen heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de verminderde toerekeningsvatbaarheid van de verdachte, die in behandeling is bij de GGZ en begeleiding van de reclassering ontvangt. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden, met bijzondere voorwaarden waaronder een meldplicht en ambulante behandeling.

De rechtbank heeft in haar oordeel benadrukt dat de verdachte gedurende een lange periode een grote hoeveelheid kinderpornografie heeft verworven en dat hij daarvan een gewoonte heeft gemaakt. De rechtbank heeft de bekennende verklaring van de verdachte en de bewijsstukken uit het dossier als voldoende bewijs beschouwd. De verdediging heeft betoogd dat niet de gehele ten laste gelegde periode bewezen kan worden verklaard, maar de rechtbank heeft dit verweer verworpen. De rechtbank heeft ook de vordering van de officier van justitie in overweging genomen, die een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 1 dag en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 10 maanden had geëist, met bijzondere voorwaarden.

De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat de nadruk moet liggen op de voorkoming van recidive en dat de verdachte de behandeling bij de GGZ moet voortzetten. De inbeslaggenomen goederen, waaronder mobiele telefoons en harddisks, zijn onttrokken aan het verkeer, omdat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter en twee andere rechters betrokken waren.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
parketnummer 18/730027-18
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 25 september 2018 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte],

geboren op [geboortedatum] 1982 te [geboorteplaats],
wonende te [straatnaam], [woonplaats].
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 11 september 2018.Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. M. Arnold, advocaat te Leek. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. A.J. Kemkers.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 01 januari 2016 tot en met 17 augustus 2017, te Leeuwarden, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) een of meer afbeeldingen, te weten digitale fotobestanden en/of digitale filmbestanden op een 7-tal gegevensdragers heeft verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeelding(en) een of meer seksuele gedragingen
zichtbaar was/waren, waarbij (telkens) een of meer personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had(den) bereikt, was/waren betrokken of schijnbaar was/waren betrokken welke voornoemde seksuele gedraging(en) -zakelijk weergegeven- bestonden uit:
het met de penis en/of mond/tong en/of vinger/hand en/of een voorwerp oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de penis en/of vinger/hand oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de
leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met een vinger/hand en/of een voorwerp anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf
Bestandsna(a)m(en): [bestandsnaam]
en/of
het met de penis en/of vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt
en/of
het met de penis en/of vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt
en/of
het met de vinger/hand en/of een voorwerp betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt bij zichzelf
Bestandsna(a)m(en): [bestandsnaam]
en/of het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed en/of opgemaakt was en/of poseerde in een onnatuurlijke omgeving en/of met een of meer onnatuurlijke voorwerpen en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij haar/zijn leeftijd paste en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/zijn kleding ontdeed en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht werden (waarbij) de afbeelding(en) (aldus) een
onmiskenbaar seksuele strekking had(den) en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling Bestandsna(a)m(en): [bestandsnaam]
en/of
het masturberen (dicht) bij het lichaam/gezicht en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van een (stijve) penis dicht bij het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of (waarbij) de afbeelding(en) (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking had(den) en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling
Bestandsna(am(en): [bestandsnaam]
van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte een gewoonte heeft gemaakt.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd dat het ten laste gelegde kan worden bewezen, in die zin dat verdachte de kinderpornografische afbeeldingen heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad en daarvan een gewoonte heeft gemaakt. Zij heeft daartoe verwezen naar het dossier en de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Standpunt van de verdediging
De raadsman acht het verwerven en het bezit van kinderpornografie bewezen, maar stelt dat niet de gehele ten laste gelegde periode kan worden bewezen verklaard. De enkele verklaring van verdachte daaromtrent bij de reclassering is gelet op het unus testis nullus testis-beginsel niet voldoende. De raadsman heeft voorts betoogd dat verdachte dient te worden vrijgesproken van een gewoonte maken van het verwerven en het bezit van kinderporno. Hij heeft daartoe aangevoerd dat verdachte daar geen opzet op had. Verdachte was primair bezig met een "zoektocht naar zijn jeugd". Veruit het merendeel van de bestanden bestond uit niet-strafbare afbeeldingen van minderjarigen.
Oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft, naast zijn verklaring bij de politie, ook tijdens de terechtzitting ten aanzien van de ten laste gelegde periode een bekennende verklaring afgelegd. De rechtbank acht het op grond van de stukken en de verklaringen van verdachte wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in de gehele ten laste gelegde periode kinderpornografie heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad. Daarbij merkt de rechtbank op dat voor een bewezenverklaring van het ten laste gelegde niet vereist is dat alle onderdelen van de tenlastelegging door meerdere bewijsmiddelen worden gedekt.
Ten aanzien van een gewoonte maken van het verwerven en het bezit van kinderporno overweegt de rechtbank als volgt. Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte in een periode van meer dan anderhalf jaar een omvangrijke hoeveelheid kinderpornografisch beeldmateriaal heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad. Verdachte heeft deze collectie op meerdere momenten verworven en heeft het materiaal op meerdere gegevensdragers waaronder een computer en twee telefoons opgeslagen. Hij bekeek volgens zijn verklaring ter terechtzitting de kinderporno gedurende een periode van anderhalf jaar een keer per week of een keer per twee weken. Gelet op deze omstandigheden - de grote hoeveelheid, de frequentie van het bekijken, de wijze van opslaan en de lange periode - acht de rechtbank dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte van het verwerven en het bezit van kinderporno een gewoonte heeft gemaakt. De stelling van de raadsman dat voor een gewoonte maken opzet is vereist vindt geen steun in het recht. De rechtbank zal dit verweer dan ook passeren.
De rechtbank volstaat ten aanzien van het hierna bewezen verklaarde met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering, nu verdachte het hierna bewezen verklaarde duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend.
Deze opgave luidt als volgt:
1. de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 11 september 2018;
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal d.d. 12 december 2017, opgenomen op pagina 44 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2017204682 / KP 2017-71 d.d. 24 januari 2018, inhoudende het relaas van verbalisanten;
3. een als bijlage II bij het onder 2 vermelde proces-verbaal gevoegde zogenaamde "collectiescan aangetroffen kinderpornografisch materiaal".
4. een als bijlage III bij het onder 2. vermelde proces-verbaal gevoegde zogenaamde "Evidence Overview".
Bestandsnamen: [bestandsnaam]
Bestandsnamen: [bestandsnaam]
Bestandsnamen: [bestandsnaam]
Bestandsnamen: [bestandsnaam]

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
hij in of omstreeks de periode van 01 januari 2016 tot en met 17 augustus 2017, te Leeuwarden, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) een of meer afbeeldingen, te weten digitale fotobestanden en/of digitale filmbestanden op een 7-tal gegevensdragers heeft verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeelding(en) een of meer seksuele gedragingen
zichtbaar was/waren, waarbij (telkens) een of meer personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had(den) bereikt, was/waren betrokken of schijnbaar was/waren betrokken welke voornoemde seksuele gedraging(en) -zakelijk weergegeven- bestonden uit:
het met de penis en/of mond/tong en/of vinger/hand en/of een voorwerp oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de penis en/of vinger/hand oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de
leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met een vinger/hand en/of een voorwerp anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf
Bestandsnamen: [bestandsnaam]
en/of
het met de penis en/of vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt
en/of
het met de penis en/of vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt
en/of
het met de vinger/hand en/of een voorwerp betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt bij zichzelf
Bestandsnamen: [bestandsnaam]
en/of het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed en/of opgemaakt was en/of poseerde in een onnatuurlijke omgeving en/of met een of meer onnatuurlijke voorwerpen en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij haar/zijn leeftijd paste en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/zijn kleding ontdeed en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht werden (waarbij) de afbeelding(en) (aldus) een
onmiskenbaar seksuele strekking had(den) en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling Bestandsnamen: [bestandsnaam]
en/of
het masturberen (dicht) bij het lichaam/gezicht en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van een (stijve) penis dicht bij het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of (waarbij) de afbeelding(en) (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking had(den) en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling
Bestandsnamen: [bestandsnaam]
van welke misdrijven verdachte een gewoonte heeft gemaakt.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
1. een gewoonte maken van het verwerven en in bezit hebben van een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken.
Dit feit is strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar, nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 1 dag en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 10 maanden met een proeftijd van drie jaar met daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden zoals die door de reclassering zijn geformuleerd en een werkstraf voor de duur van 240 uren. Tevens heeft de officier van justitie onttrekking aan het verkeer gevorderd van de inbeslaggenomen gegevensdragers. Bij de strafeis heeft de officier van justitie in positieve zin meegenomen dat veroordeelde zelf hulp heeft gezocht en in behandeling is, en dat hij zijn werkgever heeft ingelicht.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair gepleit voor een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf. Subsidiair, bij een deels voorwaardelijke straf, heeft de raadsman gepleit voor de oplegging van een boete of een deels voorwaardelijk gevangenisstraf waarvan 1 dag onvoorwaardelijk in combinatie met een taakstraf. Verdachte kan zich vinden in het advies van de reclassering en wil meewerken aan een ambulante behandeling. De raadsman heeft verzocht de teruggave te gelasten van de in beslag genomen telefoons, de desktop en de harddisk (waarop geen strafbaar materiaal is aangetroffen).
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek op de terechtzitting en de over hem opgemaakte rapportage, het verdachte betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de raadsman.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft gedurende een lange periode een grote hoeveelheid kinderpornografie verworven, in zijn bezit gehad en daarvan een gewoonte gemaakt. Het standpunt van de raadsman dat de representatieve collectie ook niet-strafbare afbeeldingen bevat en dat het overgrote deel van het gedownloade materiaal niet-strafbare afbeeldingen van minderjarigen betreft, doet daaraan niets af. De rechtbank overweegt ten overvloede dat volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad, de steller van de tenlastelegging zich tot de selectie van een gering aantal (representatieve) afbeeldingen kan beperken zonder in de tenlastelegging zelf een aanduiding van of verwijzing op te nemen naar een grotere hoeveelheid waarvan die afbeeldingen deel uitmaken. De hoeveelheid door verdachte binnengehaalde kinderporno blijkt uit het proces-verbaal beschrijving kinderpornografie en de bekennende verklaring van verdachte dienaangaande op de terechtzitting. Met zijn handelen heeft verdachte een bijdrage geleverd aan de instandhouding van de markt voor kinderpornografische afbeeldingen en is hij daarmee indirect verantwoordelijk voor de beschadiging van de betrokken jeugdige personen door het seksueel misbruik dat zij moeten ondergaan voor het vervaardigen van foto’s of films. De slachtoffers kunnen hierdoor nog jarenlang (psychische) schade ondervinden.
Uit het uittreksel uit het justitieel documentatieregister blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld wegens zedendelicten.
Het landelijke oriëntatiepunt voor de straftoemeting voor het verwerven en het bezit van kinderpornografie is een taakstraf van 240 uur en een deels voorwaardelijke gevangenisstraf
voor de duur van zes maanden. Verdachte heeft na zijn aanhouding zijn werkgever ingelicht en hij heeft hulp gezocht. Hij is nu in behandeling bij de GGZ Friesland, Poli Forensische Psychiatrie (hierna te noemen: GGZ). De rechtbank zal dit als strafverminderend meenemen.
Uit het reclasseringsrapport van het Leger des Heils van 30 mei 2018, waarin verwezen wordt naar een psychologisch onderzoek en daaropvolgende behandeling van verdachte, blijkt dat bij hem sprake is van een pedofiele stoornis, een ongespecificeerde persoonlijkheidsstoornis en een ongespecificeerde psychotrauma- of stressgerelateerde stoornis. Verdachte functioneert op een licht verstandelijk beperkt tot laagbegaafd niveau. Verdachte is getraumatiseerd doordat hij in zijn jeugd seksueel is misbruikt. Verdachte weet dat hij de wet heeft overtreden. Hij is sinds kort in behandeling bij de GGZ voor onder meer zijn pedofiele stoornis. Het risico op recidive wordt als matig ingeschat. Verdachte toont zich gemotiveerd voor behandeling en begeleiding. De reclassering adviseert de oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf met daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden meldplicht en een ambulante behandeling. Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat, hoewel verdachte zich weliswaar bewust was en is van de strafbaarheid van zijn handelen, het bewezen verklaarde aan verdachte niet volledig, maar slechts in verminderde mate kan worden toegerekend.
Gelet op de persoon van verdachte, zoals blijkt uit het reclasseringsrapport, de door de raadsman overgelegde stukken en het verhandelde ter terechtzitting, is de rechtbank van oordeel dat bij het opleggen van een straf de nadruk dient te liggen op voorkoming van recidive waarbij van belang is dat verdachte de behandeling bij de GGZ voortzet en wordt begeleid door de reclassering. De rechtbank ziet hierin aanleiding aan verdachte een geheel voorwaardelijke straf op te leggen. De rechtbank acht de oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van één jaar passend en geboden met daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden meldplicht en ambulante behandeling.

Inbeslaggenomen goederen

Ten aanzien van de harde schijf waarop geen strafbaar materiaal is aangetroffen, is door het openbaar ministerie reeds op 28 februari 2018 tot teruggave besloten.
De rechtbank is van oordeel dat de informatiedragers waarop kinderpornografisch materiaal is aangetroffen, niet aan verdachte kunnen worden teruggegeven, omdat de kans bestaat dat het kinderpornografische materiaal op die gegevensdragers na verwijdering toch te reproduceren is. Dat de bestanden verdwijnen kan alleen worden gegarandeerd door de informatiedragers aan het verkeer te onttrekken.
De rechtbank acht de inbeslaggenomen voorwerpen, te weten: een mobiele telefoon (merk HTC ONE M8), een mobiele telefoon (merk HTC 10), een harddisk (merk Western DIGITAL, serienummer [nummer]), een harddisk (merk Western DIGITAL, serienummer [nummer]) een (merk Western DIGITAL, serienummer [nummer]) een USB-stick (merk Icidu 64 GB) en een computer (desktop, 1.0.6. zelfbouw, merk Sharkoon) dan ook vatbaar voor onttrekking aan het verkeer, nu dit voorwerpen zijn met behulp van welke het feit is begaan en zij, gelet op het daarop opgeslagen kinderpornografisch materiaal, van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan door verdachte in strijd is met de wet of met het algemeen belang.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 36b, 36c en 240b van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden.

Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, welke hierbij wordt vastgesteld op 3 jaren, de hierna te noemen algemene of bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
Stelt als algemene voorwaarden:
1. dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2. dat de veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
3. dat de veroordeelde medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
1. dat de veroordeelde zich binnen 14 dagen meldt bij de reclassering Leger des Heils op het adres Zoutbranderij 1 te Leeuwarden. Hierna moet veroordeelde zich blijven melden zo frequent en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
2. dat de veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal laten behandelen bij de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord Nederland, of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven.
Draagt de reclassering op toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Verklaart onttrokken aan het verkeerde in beslag genomen mobiele telefoon (merk HTC ONE M8), een mobiele telefoon (merk HTC 10), een harddisk (merk Western DIGITAL, serienummer [nummer]), en een harddisk (merk Western DIGITAL, serienummer [nummer]) en een (merk Western DIGITAL, serienummer [nummer]) en een USB-stick (merk Icidu 64 GB) en een computer (desktop, 1.0.6. zelfbouw, merk Sharkoon).
Dit vonnis is gewezen door mr. Th.A. Wiersma, voorzitter, mr. G.W.G. Wijnands en mr. H.J. Schuth, rechters, bijgestaan door K. de Ruiter, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 25 september 2018.
Mr. G.W.G. Wijnands is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.