Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte],
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
inde auto moeten zijn ontstaan en zou het open vuur bij aanvang van de brand niet aan de buitenzijde van de auto zichtbaar zijn geweest. Gelet hierop kan het niet anders zijn dat deze auto opzettelijk in brand is gestoken.
Voorts heeft de raadsman betoogd dat er geen sprake is geweest van gemeen gevaar voor goederen.
Gelet op de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen, het zeer korte tijdsbestek tussen de aanwezigheid van verdachte bij de auto en de ontdekking van de beginnende brand en het feit dat er dat tijdvak niemand anders op de betreffende parkeerplaats heeft gelopen, is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte degene is geweest die de brand heeft gesticht.
De rechtbank acht het ten laste gelegde daarom wettig en overtuigend bewezen.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Met het opleggen van de voorwaardelijke gevangenisstraf wordt tevens beoogd verdachte ervan te weerhouden een nieuw strafbaar feit te plegen. De rechtbank zal de proeftijd bepalen op drie jaren.
Benadeelde partij[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 2.500,00 ter vergoeding van materiële schade vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum dat de schade is ontstaan.
De gevorderd schade die ziet op de posten: tas met kleding, autoradio + installatie en keukenmeubels (2x), is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd en dient daarom niet-ontvankelijk verklaard te worden.
Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Toepassing van wetsartikelenDe rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14d, 36f en 157 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
Uitspraak
De rechtbank
Veroordeelt verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden.
een gedeelte, groot 6 maandenniet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, welke hierbij wordt vastgesteld op 3 jaar aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
[slachtoffer](schade auto) toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
€ 500,00(zegge: vijfhonderd euro) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 9 januari 2016.