ECLI:NL:RBNNE:2018:2477

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
28 juni 2018
Publicatiedatum
29 juni 2018
Zaaknummer
C/17/160650 / KG RK 18-140
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot machtiging voor het houden van een algemene vergadering van aandeelhouders en ontslag van de directeur

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 28 juni 2018 uitspraak gedaan in een verzoek van Woestduin Holding N.V. om machtiging te verkrijgen voor het bijeenroepen van een algemene vergadering van aandeelhouders van Cranberry Terschelling B.V. Woestduin, als meerderheidsaandeelhouder, had de directeur van Cranberry Terschelling op 5 maart 2018 ontslagen, maar de ontslagprocedure werd door de directeur betwist. Woestduin verzocht de directeur om binnen vier weken een nieuwe aandeelhoudersvergadering bijeen te roepen, maar de directeur gaf hier geen gehoor aan. De voorzieningenrechter oordeelde dat Woestduin recht had op de gevraagde machtiging, maar dat er een zwaarwichtig belang van Cranberry Terschelling was dat zich tegen het houden van de vergadering verzette. Dit belang was gelegen in de lopende bemiddeling tussen de aandeelhouders, die voortvloeide uit de opzegging van de aandeelhoudersovereenkomst. De voorzieningenrechter concludeerde dat het houden van de vergadering de bemiddeling zou kunnen doorkruisen en dat er geen dringende noodzaak was om de directeur onmiddellijk te ontslaan. Daarom werd het verzoek afgewezen en werd Woestduin in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht
Locatie Leeuwarden
zaaknummer / rekestnummer: C/17/160650 / KG RK 18-140
Beschikking van de voorzieningenrechter van 28 juni 2018
in de zaak van
de naamloze vennootschap
WOESTDUIN HOLDING N.V.,
gevestigd te Willemstad, Curaçao, en kantoorhoudende te Doorn,
verzoekster,
advocaat mr. P.H.F. Yspeert te Groningen,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CRANBERRY TERSCHELLING B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Formerum, Terschelling,
verweerster,
niet verschenen,
2.
[verweerder],
wonende te [woonplaats] ,
verweerder,
advocaat mr. J. Stoker te Leeuwarden,
en waarbij als belanghebbende is aangemerkt:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
advocaat mr. J. Stoker te Leeuwarden.
Partijen zullen hierna Woestduin, Cranberry Terschelling, [verweerder] en [A] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoek, ingekomen ter griffie op 16 april 2018;
  • het faxbericht met producties zijdens [verweerder] en [A] , ingekomen ter griffie op 16 mei 2018;
  • de mondelinge behandeling gehouden op 17 mei 2018;
  • de ter zitting overgelegde pleitnotities namens [verweerder] en [A] .
1.2.
Op de mondelinge behandeling van 17 mei 2018 is de zaak in overleg met partijen aangehouden in afwachting van de uitspraak in kort geding tussen [A] en Woestduin, bij deze rechtbank geregistreerd onder nummer C/17/160650 / KG RK 18-140.
1.3.
Beschikking is in het onderhavige verzoek ten slotte bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
Cranberry Terschelling houdt zich bezig met het oogsten en produceren en verkopen van (producten bereid met) cranberries. Cranberry Terschelling heeft een vestiging in Harlingen en een vestiging op Terschelling.
2.2.
De statuten van Cranberry Terschelling luiden onder meer:
Artikel 10
1. Het bestuur der vennootschap is opgedragen aan de directie, bestaande uit één of meer directeuren.
De directeuren worden door de algemene vergadering van aandeelhouders benoemd en kunnen te allen tijde door deze vergadering worden geschorst en ontslagen.
De vergadering van aandeelhouders kan één of meer directeuren tot gevolmachtigd directeur benoemen.
(…)
Artikel 16
1. De vergadering van aandeelhouders worden gehouden in de gemeente waar de vennootschap haar woonplaats heeft, Harlingen, Amsterdam of Doorn.
2. Jaarlijks zal op een door de directie vast te stellen tijdstip, uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, een algemene vergadering van aandeelhouders worden gehouden.
Hierin worden aan de orde gesteld:
(…)
e. voorstellen welke door de directie op de agenda zijn geplaatst of door aandeelhouders en/of certificaathouders, tenminste één/tiende gedeelte van het geplaatst kapitaal vertegenwoordigde. Voorstellen van aandeelhouders en/of certificaathouders moeten voor de oproep tot de vergadering met een toelichting door de directie zijn ingediend;
f. hetgeen verder ter tafel wordt gebracht, met dien verstande dat omtrent onderwerpen welke niet in de oproepingsbrief of in een aanvullende oproepingsbrief met inachtneming van de voor de oproeping gestelde termijn zijn vermeld, niet wettig kan worden besloten, tenzij het besluit met algemene stemmen wordt genomen in een vergadering, waarin alle aandeelhouders en certificaathouders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
Artikel 17
1. De besluiten van de algemene vergadering van aandeelhouders worden, behalve in de gevallen waarin bij de wet of deze statuten een grotere meerderheid is voorgeschreven, genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
(…)
Artikel 21
Buitengewone vergaderingen van aandeelhouders worden gehouden zo dikwijls de directie zulks nodig oordeelt, of wanneer één of meer aandeelhouders en/of certificaathouders, tenminste één/tiende van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigende, zulks schriftelijk, met nauwkeurige opgave van de te behandelen onderwerpen, aan de directie verzoeken.
2.3.
In 2001 zijn Woestduin en [A] gezamenlijk aandeelhouder van Cranberry Terschelling geworden. Woestduin heeft daarbij het meerderheidsbelang in Cranberry Terschelling verkregen met 27 van de 40 aandelen. [A] houdt 13 van de 40 aandelen.
2.4.
Woestduin en [A] hebben hun onderlinge verhouding geregeld in een aandeelhoudersovereenkomst van 7 november 2001. Voor zover van belang is in de aandeelhoudersovereenkomst het volgende bepaald:
opzegging
a. Deze overeenkomst is gesloten voor onbepaalde tijd.
b. Onverminderd het sub c. van deze paragraaf bepaalde kan Holding 1 B.V. (
Woestduin, aanvulling voorzieningenrechter) of Holding 2 B.V. (
[A] , aanvulling voorzieningenrechter) deze overeenkomst te allen tijde beëindigen door haar met inachtneming van een opzegtermijn van zes (6) kalendermaanden tegen het einde van een kalendermaand (een "Opzeggingsmededeling") op te zeggen bij aangetekend schrijven.
(…)
c. Ingeval van een opzegging als bedoeld in deze paragraaf is de andere partij gemachtigd van de opzeggende partij te verlangen dat een bemiddelaar wordt aangewezen die tot taak heeft de tussen partijen gerezen problemen naar genoegen van beide partijen op te lossen.
Ieder van de partijen zal zijn volledige medewerking geven aan dergelijke bemiddelingspoging.
Een bemiddelaar wordt door partijen in onderling overleg aangewezen en bij gebreke van overeenstemming tussen partijen op verzoek van de meest gerede van partijen door de (fungerend) Voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrieken (…).
Indien de bemiddelaar niet binnen vier weken na zijn benoeming tot een oplossing is gekomen die ten genoegen van partijen is, geldt zijn bemiddelingspoging als beëindigd en zal het sub d. bepaalde van toepassing zijn, waarbij geldt dat het daar bedoelde aanbod geldt te zijn gedaan op het tijdstip waarop de bemiddelingspoging als beëindigd geldt.
(…)
d. Indien deze overeenkomst wordt opgezegd, zal de opzeggende partij (de "eerste partij") de andere partij (de "tweede partij") bij de opzeggingsmededeling het aanbod (het "aanbod") doen:
1. hetzij van de eerste partij al haar aandelen in het kapitaal van de Vennootschap te kopen tegen een in het aanbod te noemen prijs (de "eerste optie");
2. hetzij aan de eerste partij al haar aandelen in het kapitaal van de vennootschap te verkopen tegen een in het aanbod te noemen prijs (de "tweede optie"), met dien verstande dat in beide opties de prijs gelijk zal zijn.
De tweede partij zal de eerste partij uiterlijk twee weken na het Aanbod schriftelijk meedelen of zij de eerste optie dan wel de tweede optie aanvaardt, bij gebreke waarvan zij wordt geacht de door de eerste partij aangegeven voorkeur te hebben aanvaard.
De aandelen zullen op een door de eerste partij te bepalen dag die valt binnen vier weken na het aanbod ten kantore van een door de koper aan te wijzen notaris worden geleverd tegen gelijktijdige betaling van de koopprijs.
2.5.
Bestuurder van Woestduin is [B] (hierna: [B] ). Bestuurder van [A] is [C] . [verweerder] is bestuurder van Cranberry Terschelling met ingang van 7 november 2001.
2.6.
Op 5 maart 2018 is een vergadering van de aandeelhouders van Cranberry Terschelling gehouden. In het verslag van deze vergadering is het volgende - voor zover van belang - opgenomen:

5.Procedure beëindiging arbeidsovereenkomst huidige directeur

[B] geeft aan met onmiddellijke ingang de huidige directeur te willen ontslaan in verband met zijn pensionering. Na enige discussie wordt gesteld dat het verlies van vertrouwen de reden is. Veel tijd en geld aan Terschelling uitgegeven de laatste 4 jaar. Daar is niets uitgekomen wat acceptabel is.
[D] : wenst de directeur nog toelichting? [verweerder] (
, aanvulling voorzieningenrechter) geeft aan dat er in de goede jaren altijd vertrouwen was, en dat nu het economisch gezien wat tegenzit er naar een paaltje gezocht wordt om tegen te schoppen.
[D] vraagt verder hoe er tegen de nieuwe invulling aangekeken wordt? [B] verteld dat ze ver zijn met een nieuwe kandidaat. Tijdelijk, hooguit een dag of 3 geen invulling dus. KvK en banken moeten geregeld worden, uitschrijving bij KvK per heden.
[D] geeft aan dat ontslag met onmiddellijke ingang vreemd is, de procedure klopt niet helemaal. Ontslag staat niet op de agenda en afdoende onderbouwing voor ontslagreden en de directeur is niet op de juiste wijze gehoord. Puur volgens statuten is besluit mogelijk aldus [B] , waarmee [D] het niet eens is.
Stem voor ( [B] ) en stem tegen [verweerder] ), dus wordt dit punt met meerderheid van stemmen aangenomen.
[B] merkt op dat [E] en [F] als personeelslid aanwezig zijn en hier verder niet bij betrokken zijn, hun functioneren staat niet ter discussie.
2.7.
Bij brief van 9 maart 2018 heeft Woestduin aan [verweerder] meegedeeld:
In de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in het kapitaal van Cranberry B.V. op 5 maart 2018 bent u als bestuurder van die vennootschap ontslagen. U(w advocaat) meent dat ontslagbesluit vanwege procedurele fouten nietig of vernietigbaar zou zijn. Die mening deel ik niet, maar voor het geval de rechter desgevraagd zou oordelen dat u nog steeds de bestuurder bent, verzoek ik u conform artikel 21 van de statuten en/of art. 220 BW binnen 4 weken een nieuwe Algemene Vergadering van Aandeelhouders bijeen te roepen.
Behoudens de gebruikelijke agendapunten (als opening, goedkeuring notulen vorige vergadering, rondvraag en sluiting) verzoek ik u te agenderen:
1. uw ontslag als bestuurder van de vennootschap.
Toelichting:
We spreken al geruime tijd over uw vertrek en de selectie van een nieuwe bestuurder is afgerond. Bovendien heb ik het vertrouwen in u als bestuurder volledig verloren. Wij spraken in de vergadering van 5 maart jl. reeds uitgebreid over het één en ander. Uiteraard zult u in de uit te schrijven vergadering nog(maals) als bestuurder en als betrokkene worden gehoord.
2. de benoeming van [G] , wonende te [woonplaats G] tot bestuurder van de vennootschap.
Toelichting:
[G] is na een selectie met assistentie van Hunter Select uitgekozen als nieuwe bestuurder.
Indien u geen gehoor geeft aan dit verzoek, zal ik - voor zover vereist - de voorzieningenrechter verzoeken mij te machtigen tot de bijeenroeping van een Algemene Vergadering.
Ter voorkoming van misverstanden zend ik u deze brief zowel per gewone als per aangetekende post.
2.8.
[verweerder] heeft geen gehoor aan het verzoek gegeven om binnen vier weken een aandeelhoudersvergadering bijeen te roepen.
2.9.
Bij brief van 26 maart 2018 heeft [A] de aandeelhoudersovereenkomst met Woestduin opgezegd en aan Woestduin de keuze voorgelegd om haar aandelen over te nemen voor € 600.000,00 of de eigen aandelen aan [A] te verkopen voor hetzelfde bedrag. Zij heeft daarbij als voorkeur uitgesproken dat Woestduin de aandelen in Cranberry Terschelling aan haar zal overdragen. Woestduin heeft vervolgens op 9 april 2018 om bemiddeling verzocht.
2.10.
Bij vonnis in kort geding van 27 juni 2018 heeft de voorzieningenrechter de vorderingen van [A] , die ertoe strekten te bewerkstelligen dat de aandelen van Woestduin in Cranberry Terschelling aan haar zouden worden overgedragen, afgewezen.

3.Het verzoek

3.1.
Woestduin heeft verzocht haar op de voet van artikel 2:220 BW te machtigen tot het bijeenroepen van een vergadering van aandeelhouders van Cranberry Terschelling.
3.2.
Aan het verzoek heeft Woestduin het volgende ten grondslag gelegd.
[verweerder] is in de aandeelhoudersvergadering op 5 maart 2018 ontslagen als bestuurder van Cranberry Terschelling. Omdat [verweerder] zich op het standpunt heeft gesteld dat dit ontslagbesluit niet rechtsgeldig is genomen, heeft Woestduin bij brief van 9 maart 2018 aan [verweerder] verzocht om binnen vier weken een nieuwe aandeelhoudersvergadering bij een te roepen. [verweerder] heeft dat echter nagelaten. Op een volgende algemene vergadering van aandeelhouders kan [verweerder] (opnieuw) worden ontslagen en kan [G] als nieuwe bestuurder worden benoemd.
3.3.
[verweerder] en [A] hebben verweer gevoerd.

4.De beoordeling

4.1.
De verzochte machtiging moet ingevolge het bepaalde in de artikelen 2:220 BW en 2:221 lid 1 BW worden verleend als summierlijk blijkt dat:
a. Woestduin ten minste 1/100e gedeelte van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigt;
b. het bestuur van Cranberry Terschelling is verzocht een algemene vergadering bijeen te roepen, onder nauwkeurige opgave van de te behandelen onderwerpen;
c. het bestuur aan dit verzoek geen gevolg heeft gegeven en
d. Woestduin een redelijk belang heeft bij het verzoek.
Het verzoek moet worden afgewezen indien een zwaarwichtig belang van Cranberry Terschelling zich tegen het houden van een algemene vergadering verzet.
4.2.
Er is voldaan aan de eis dat Woestduin ten minste 1/100e gedeelte van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigt. Zij houdt immers 27 van de 40 aandelen in Cranberry Terschelling. Uit het onder 2.10 genoemde vonnis volgt dat Woestduin op dit moment ook niet verplicht is om haar aandelen over te dragen aan [A] .
4.3.
Het staat verder niet ter discussie dat Woestduin het bestuur van Cranberry Terschelling heeft verzocht om een algemene vergadering bijeen te roepen en dat het bestuur daaraan geen gevolg heeft gegeven.
4.4.
Woestduin heeft een redelijk belang bij het verzoek. Zij meent immers dat de huidige bestuurder [verweerder] zijn taak als bestuurder niet meer naar behoren uitoefent en zij wenst te bewerkstelligen dat de algemene vergadering van aandeelhouders haar bevoegdheid tot ontslag van [verweerder] kan uitoefenen.
4.5.
Het is echter de vraag of een zwaarwichtig belang van Cranberry Terschelling zich tegen het houden van een algemene vergadering verzet. Bij het beantwoorden van die vraag neemt de voorzieningenrechter het volgende in aanmerking. De algemene vergadering die Woestduin wenst te houden, is alleen erop gericht om [verweerder] alsnog op rechtsgeldige wijze te ontslaan als bestuurder en een ander in zijn plaats als bestuurder te benoemen. Aan deze wens ligt een conflict ten grondslag tussen Woestduin als meerderheidsaandeelhouder en [A] als minderheidsaandeelhouder. De aandeelhoudersovereenkomst die partijen in 2001 hebben gesloten, is inmiddels opgezegd. Uit het vonnis van 27 juni 2018 volgt dat partijen thans, zoals de aandeelhoudersovereenkomst bij opzegging voorschrijft, een bemiddelaar moeten aanwijzen, omdat Woestduin tijdig daarom heeft gevraagd. Indien de bemiddeling na vier weken geen succes heeft, zal een van beide aandeelhouders zijn aandelen aan de ander moeten overdragen.
4.6.
Voor het onderhavige verzoek kent de voorzieningenrechter bijzonder gewicht toe aan het feit dat het Woestduin is die om bemiddeling heeft verzocht. Bemiddeling is gericht op voortzetting van de samenwerking. De bemiddeling kan ook worden benut om na te gaan of de aandeelhouders tot overeenstemming kunnen komen over de beëindiging van hun samenwerking. Bij het mislukken van de bemiddeling zal een van beide aandeelhouders de aandelen aan de ander moeten overdragen. De positie van de aandeelhouders en de directeur, en hun onderlinge verhouding, kan bovendien weerslag hebben op de bedrijfsvoering van Cranberry Terschelling, gegeven de aard en omvang van de onderneming en de (familie)relatie met de in de onderneming werkzame personen. Van Woestduin mag daarom worden verwacht dat zij afziet van maatregelen die de door haar verlangde bemiddeling doorkruisen, althans bemoeilijken. Het ligt voor de hand om aan te nemen dat het houden van een algemene vergadering waarop [verweerder] als bestuurder wordt ontslagen en een ander in zijn plaats wordt benoemd, de bemiddeling kan doorkruisen of bemoeilijken. Cranberry Terschelling heeft onder deze omstandigheden een zwaarwegend belang om de algemene vergadering niet te laten plaatsvinden voordat de termijn voor bemiddeling is verstreken en duidelijk is wie aandeelhouder blijft, tenzij er concrete aanwijzingen zijn dat het voor de continuïteit van de bedrijfsvoering van Cranberry Terschelling noodzakelijk is dat [verweerder] onverwijld als bestuurder wordt ontslagen en een ander in zijn plaats tot bestuurder wordt benoemd. Die concrete aanwijzingen zijn er niet, althans onvoldoende.
4.7.
In het voorgaande ligt besloten dat het verzoek in de huidige omstandigheden niet voor toewijzing in aanmerking komt.
4.8.
De proceskosten komen voor rekening van Woestduin, omdat zij in het ongelijk is gesteld. De kosten worden begroot op € 543,00 voor salaris advocaat (1 punt, tarief II).

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
wijst het verzoek af;
5.2.
veroordeelt Woestduin in de proceskosten, aan de zijde van [verweerder] en [A] tot op heden begroot op € 543,00;
5.3.
veroordeelt Woestduin in de kosten die na dit vonnis ontstaan, begroot op:
- € 157,00 aan salaris advocaat,
- € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, indien niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis is voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.J.J. Los en in het openbaar uitgesproken op 28 juni 2018 in tegenwoordigheid van de griffier. [1]

Voetnoten

1.type: 362