ECLI:NL:RBNNE:2018:1971

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
16 mei 2018
Publicatiedatum
28 mei 2018
Zaaknummer
18/656327-06
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van verlof tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang in verband met betalingsverplichting

Op 16 mei 2018 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zitting houdende in Groningen, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de vordering tot het verlenen van verlof tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang. De vordering was ingediend door de officier van justitie, mr. M. Kappeyne van de Coppello, en was gericht op een veroordeelde die in 2007 door de politierechter was veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 17.381,12 aan de Staat ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De veroordeelde had echter niet voldaan aan deze betalingsverplichting en was niet verschenen op de zitting, ondanks dat hij op de juiste wijze was opgeroepen.

De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie beoordeeld en vastgesteld dat de veroordeelde niet in staat was om aan zijn betalingsverplichting te voldoen, en dat volledig verhaal op zijn vermogen niet mogelijk was. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen aannemelijke redenen waren om te veronderstellen dat de veroordeelde buiten staat was om te betalen. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank besloten om de vordering tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang voor de duur van 120 dagen toe te wijzen.

De beschikking is gegeven door de meervoudige kamer, bestaande uit voorzitter mr. R.B.M. Keurentjes en de rechters mr. L.W. Janssen en mr. P.H.M. Tapper-Wessels, in aanwezigheid van griffier mr. E.W. Jeuring. De uitspraak is openbaar gedaan op dezelfde datum als de beschikking, 16 mei 2018.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Groningen
kenmerk : RK 18-262
parketnummer : 18/656327-06
beschikking van de meervoudige raadkamer d.d. 16 mei 2018 op de vordering van de officier van justitie, strekkende tot het verlenen van verlof tot tenuitvoerlegging lijfsdwang ex artikel 577c van het Wetboek van Strafvordering
in de zaak van

[veroordeelde],

geboren op [geboortedatum] 1969 te [geboorteplaats],
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats,
hierna te noemen: veroordeelde.

Procesverloop

Bij vonnis d.d. 3 mei 2007 van de politierechter in de toenmalige Rechtbank Assen, thans Rechtbank Noord-Nederland, is veroordeelde de verplichting opgelegd tot betaling van een bedrag van € 17.381,12 aan de Staat ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel.
Bij vordering van 26 maart 2018 heeft de officier van justitie aangevoerd dat veroordeelde niet aan voornoemde betalingsverplichting heeft voldaan en dat volledig verhaal op het vermogen van veroordeelde niet mogelijk is gebleken, waarbij de officier van justitie bij de rechtbank een vordering heeft ingediend verlof te verlenen tot de tenuitvoerlegging van lijfsdwang voor de duur van 120 dagen.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang alsmede van het strafdossier met het hierboven genoemde parketnummer.
De officier van justitie, mr. M. Kappeyne van de Coppello, is gehoord ter openbare terechtzitting van 16 mei 2018. Veroordeelde is, hoewel op de juiste wijze opgeroepen, niet verschenen.

Motivering

De officier van justitie heeft ter zitting gepersisteerd bij zijn vordering strekkende tot het verlenen van verlof tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang voor de duur van 120 dagen.
De rechtbank stelt op grond van de stukken vast dat veroordeelde niet aan zijn betalings-verplichting heeft voldaan en dat volledig verhaal op het vermogen van veroordeelde niet mogelijk is gebleken. Niet aannemelijk is geworden dat veroordeelde buiten staat is om aan zijn betalingsverplichting te voldoen.
De rechtbank zal op grond van bovenstaande de vordering van de officier van justitie toewijzen.
Beslissing
De rechtbank wijst de vordering tot verlening van verlof tot tenuitvoerlegging van lijfsdwang voor de duur van 120 dagen toe.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.B.M. Keurentjes, voorzitter, mr. L.W. Janssen en mr. P.H.M. Tapper-Wessels, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Jeuring als griffier en in het openbaar uitgesproken op 16 mei 2018.