ECLI:NL:RBNNE:2018:1412
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herroeping van last onder dwangsom wegens strijd met bestemmingsplan en onduidelijke formulering
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 13 april 2018 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. A.J. Bakhuijsen, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen, vertegenwoordigd door mr. C.J.M. Jungerman en W. Paauw. De zaak betreft een last onder dwangsom die aan [betrokkene] is opgelegd door verweerder, naar aanleiding van de exploitatie van een markt, de Fryske sneupersmerke, op het perceel van eiseres. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van 2 juni 2017, waarin het bezwaarschrift ongegrond werd verklaard en het primaire besluit werd gehandhaafd. De rechtbank heeft de zaak behandeld op de zitting van 9 maart 2018.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de last onder dwangsom te ruim geformuleerd is en in strijd met artikel 5:32a, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank oordeelt dat de last enkel gericht kan zijn op het beëindigen van de overtreding, en niet op de beëindiging van alle verkoopactiviteiten in het algemeen. De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en het primaire besluit herroepen, omdat de last niet in overeenstemming was met de wetgeving. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die zijn begroot op € 1.002,--, en moet het griffierecht van € 333,-- aan eiseres worden vergoed.
De rechtbank heeft in haar overwegingen ook aandacht besteed aan de vraag of er sprake was van een overtreding van het bestemmingsplan en of de verkoopactiviteiten op de merke in strijd waren met de geldende regelgeving. De rechtbank concludeert dat de activiteiten niet onder het randassortiment van een tuincentrum of bouwmarkt vallen, en dat er geen concreet zicht op legalisatie bestaat. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 13 april 2018.