Op 8 maart 2017 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, uitspraak gedaan in een zaak waarin klager zich opnieuw tot de rechtbank wendde vanwege de niet-naleving van een eerdere beschikking van 22 september 2016. In deze beschikking was een conservatoir beslag gelegd op de rekening van klager, maar klager stelde dat de bank niet overeenkomstig deze beschikking handelde. Klager had een nieuw klaagschrift ingediend, waarin hij verzocht om opheffing van het beslag, zodat hij zijn hypothecaire betalingen kon voldoen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bank de maandelijkse betalingen had stopgezet, omdat er onduidelijkheid was over de rekeningnummers. De rechtbank heeft de belangen van klager afgewogen en besloten het beslag op de spaarrekening gedeeltelijk op te heffen, zodat klager zijn hypotheeklasten kon voldoen. De rechtbank heeft bepaald dat een bedrag van € 50.264,00 onmiddellijk vrijgegeven moest worden voor de betalingsachterstand en dat maandelijks € 2.250,-- vrijgegeven moest worden voor de kosten van de hypothecaire lening. De rechtbank verklaarde het klaagschrift gegrond en gaf de bank de opdracht om het vrijgegeven bedrag aan klager ter beschikking te stellen.