ECLI:NL:RBNNE:2017:5175
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Niet tijdig beslissen op Wob-verzoek leidt tot dwangsom en proceskostenvergoeding
In deze zaak hebben eisers beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op hun aanvraag op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Het verzoek werd op 15 juli 2015 ingediend, maar het bestuursorgaan heeft niet tijdig beslist. Eisers hebben verweerder in gebreke gesteld op 16 december 2015 en hebben op 19 januari 2016 beroep ingesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de brief van 1 oktober 2015 niet als een besluit kan worden aangemerkt, omdat deze niet de gevraagde documenten bevatte. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en stelt vast dat het bestuursorgaan een dwangsom verschuldigd is voor de periode waarin het in gebreke is gebleven. De dwangsom bedraagt in totaal € 1.260, en de rechtbank bepaalt dat verweerder binnen vier weken na de uitspraak alsnog een besluit moet nemen. Daarnaast wordt verweerder veroordeeld tot het vergoeden van het griffierecht en de proceskosten van eisers, die in totaal € 211,31 bedragen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer en is openbaar uitgesproken op 3 maart 2017.