1.1.Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
- het verzoek van 16 oktober 2017 van Zijlstra tot wraking van mr. T.M.L. Veen (hierna te noemen: mr. Veen);
- de schriftelijke reactie van 16 oktober 2017 van mr. Veen;
- de uitnodiging van de griffier van 17 oktober 2017 voor de mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek door de wrakingskamer op 24 oktober 2017 om 13.30 uur;
- de brief van 20 oktober 2017 van Zijlstra waarin wordt aangegeven dat Zijlstra de in de wrakingskamer benoemde rechters, zijnde ondergetekenden, wraakt;
- de fax van de griffier van 23 oktober 2017, verzonden om 16:13 uur, met de mededeling dat het verzoek tot wraking van wrakingskamer op 24 oktober 2017 om 13.30 uur wordt behandeld;
- de fax van 23 oktober 2017 van Zijlstra dat pagina 3 van de fax van de griffier gedeeltelijk, en dus onleesbaar, is ontvangen;
- de fax van de griffier van 24 oktober 2017, verzonden om 8:19 uur, met de mededeling dat het verzoek tot wraking van wrakingskamer op 24 oktober 2017 om 13.30 uur wordt behandeld;
- de mondelinge behandeling op 24 oktober 2017 van het wrakingsverzoek tegen
mr. Veen, alwaar Zijlstra niet is verschenen;
- de brief van Zijlstra van 25 oktober 2017, waarin hij onder meer heeft bevestigd dat hij de uitnodigingen voor de zittingen van de wrakingskamer van
24 oktober 2017 op 24 oktober 2017 om 23:00 uur heeft ontvangen;
- de fax van de griffier van 26 oktober 2017, waarin Zijlstra is meegedeeld dat de behandeling van het wrakingsverzoek van de wrakingskamer (geregistreerd onder nummer C/19/120712 /KG RK 17/236) is doorverwezen naar een nieuwe, nog samen te stellen, wrakingskamer en dat afhankelijk van de uitkomst van die behandeling zal worden beoordeeld hoe het onderhavige wrakingsverzoek zal worden afgehandeld;
- de brief van de griffier van 7 november 2017, met als bijlage een afschrift van de brief van 31 oktober 2017 van de wrakingskamer, waarin zij aangeeft niet te berusten in het wrakingsverzoek;
- de brief van de griffier van 8 november 2017 voorzien van een afschrift van de beslissing van de wrakingskamer in de zaak met nummer C/19/120712 /KG RK 17/236, betreffende de wraking van de wrakingskamer.