Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte],
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
Ik ben de woning ingegaan. Toen zag ik die jongen zwaaien met dat mes. Ik rende naar boven. De eerste de beste deur die ik daar tegen kwam rende ik naar binnen. Ik griste uit de kast een koffertje, een aktetas. Ik zei "ik heb het" en "kom we gaan". Toen ben ik naar de auto gerend. Toen reden we weg. Ik heb bij de overval een muts met gaten opgehad. Ik had ook handschoenen aan. Er was een gang, toen was de woonkamer daar. Toen zag ik een jongen met een mes in zijn hand. Ik zag de benen van het slachtoffer. Ik zag dat daar naast een jongen met een mes was. Ik zag dat deze jongen met het mes voorovergebogen was naar het slachtoffer. Ik hoorde dat de jongen met het mes allerlei dingen riep.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partij
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
een gevangenisstraf voor de duur van zes jaren.
[slachtoffer]toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 8.575,56 (zegge: achtduizendvijfhonderdenvijfenzeventig euro en zesenvijftig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 april 2015, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.