ECLI:NL:RBNNE:2017:3884
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- J. van Bruggen
- P.H.M. Smeets
- M. Haisma
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak wegens poging tot afpersing en geweldsdelicten
Op 28 september 2017 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Groningen, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van meerdere geweldsdelicten en poging tot afpersing. De verdachte, geboren in 1992 en woonachtig in [woonplaats], werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. N.B. Swart, terwijl het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. J.F. Severs. De tenlastelegging omvatte onder andere het bedreigen van medewerkers van een snackbar met een vuurwapen en het plegen van geweld tegen een fietser, [slachtoffer 6].
Tijdens de zitting op 28 september 2017 heeft de officier van justitie vrijspraak gevorderd voor de verdachte, stellende dat er onvoldoende bewijs was om de tenlastegelegde feiten te kunnen bewijzen. De verdediging heeft dit standpunt ondersteund en betoogd dat er geen wettig bewijs aanwezig was in het dossier. De rechtbank heeft de bewijsvoering zorgvuldig beoordeeld en kwam tot de conclusie dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren voor de hem ten laste gelegde feiten.
De rechtbank heeft daarom de verdachte vrijgesproken van zowel de primair als subsidiair ten laste gelegde feiten. Tevens heeft de rechtbank geoordeeld dat de benadeelde partij, [slachtoffer 6], niet-ontvankelijk is in zijn vordering tot schadevergoeding, aangezien het feit niet bewezen is verklaard. De vordering kan enkel bij de burgerlijke rechter worden ingediend. De kosten van de procedure worden door de benadeelde partij en de verdachte zelf gedragen.