ECLI:NL:RBNNE:2017:3739
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor uitkeringsfraude met een benadelingsbedrag van € 82.488,66
Op 10 juli 2017 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Groningen uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van uitkeringsfraude. De verdachte, geboren in 1965, heeft zich gedurende een periode van vijf en een half jaar schuldig gemaakt aan het opzettelijk niet verstrekken van noodzakelijke informatie aan de sociale dienst van de gemeente Bellingwedde. Dit gebeurde in strijd met de inlichtingenverplichting op grond van artikel 17 van de Wet werk en bijstand en/of de Participatiewet. Het benadelingsbedrag dat hierdoor is ontstaan, bedraagt € 82.488,66.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zijn feitelijke hoofdverblijf had op het adres van zijn moeder, terwijl hij dit niet had gemeld aan de gemeente. De verdachte ontkende dit, maar de rechtbank oordeelde dat de verklaringen van getuigen, waaronder die van de moeder van de verdachte, de verklaring van de verdachte tegenspraken. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan het niet voldoen aan de informatieplicht, wat leidde tot de onterecht ontvangen uitkering.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden en een werkstraf van 200 uren. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn financiële problemen en de zorg voor zijn moeder. De rechtbank benadrukte dat misbruik van sociale voorzieningen het sociale stelsel ondermijnt en dat dit zwaar wordt aangerekend. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, waarbij de rechtbank de strafeis van de officier van justitie heeft gevolgd, maar met inachtneming van de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.