Ik doe aangifte van aanranding door [verdachte] .
Het vond ongeveer twee maanden geleden plaats. Het was door de week.
V: In het informatieve gesprek zei je dat het dinsdag 15 maart was.
A: Ja, het informatieve gesprek was vrij vlot daarna.
V: Oke, kun jij vertellen wat er gebeurd is tussen jou en [verdachte] ?
A: Hij wist dat ik ziek thuis zat, we hebben het toen over gehad om een bakkie te doen. Hij zei: “Kom dan hierheen”, omdat hij tot 18.00 of 21.00 uur moest werken. Hij vroeg of ik naar Friesland kwam, dus ben ik daar heen gegaan. Toen ik daar kwam, gewoon begroet en gaf ik een kus op de wang, wat we normaal doen. Bij de derde kus, wilde hij mij een kus op de mond geven, ik zei dat hij normaal moest doen. Er was verder niemand.
Toen gingen we de bouwkeet in, eerst een normaal gesprek. Toen liep ik naar de tafel, hij legde gelijk zijn hand op mijn kont. Ik heb weer gezegd: “Blijf van me af”. Het was een dolletje en dan lijkt het allemaal nog leuk. Toen koffie gedronken. Toen pakte hij mijn hand vast, trok mij naar zich toe, naar hem toe. Toen begon hij te zoenen. Weer gezegd dat ik het niet wou. Dat vond hij maar raar. En ik heb ook gezegd: “Doe eens normaal”. Ik had dit totaal niet verwacht, anders was ik er niet eens naar toe gegaan. Hij bleef door gaan met proberen te zoenen, op een gegeven moment deed hij zijn hand onder mijn jas. Toen stond hij op, nam me mee naar de deur. Die deur was dicht. Weer aan het zoenen. Toen zei hij: “Voel eens”. Hij pakte mijn hand vast en deed die naar zijn kruis. Toen zei hij dat hij mijn tattoo wilde zien, die ik op mijn been heb. Hij trok zo mijn broek naar beneden. Toen heb ik wel met verheven stem gezegd dat bij op moest houden en normaal moest doen. Ik heb mijn broek weer omhoog gedaan. Hij deed het licht uit en kon ik helemaal niks meer zien. Op dat moment werd ik gewoon een beetje boos. Ik zei: “Doe het licht weer aan”. Ik zei ook dat ik het niet tof vond. Na vijf minuten deed hij het licht wel weer aan. Deed hij zijn hand bij mij achter in mijn broek en pakte mijn kont vast, zeg maar. Nogmaals aangegeven dat hij moest stoppen. Ik zei ook: “Ik ga weg, ik ben er klaar mee”. Ik ben naar buiten gelopen, naar mijn auto.
Op de terug weg stuurde hij een appje: “Niet boos zijn he, laten we het maar gauw vergeten”. Ik heb terug gestuurd: “Niet boos zijn? Je had met je poten van me af moeten blijven”. Ik heb iemand gebeld en was helemaal overstuur.
Later stuurde hij nog mee appjes. Degene die ik aan de lijn had zei dat ik moest kijken hoe hij reageerde op de app. Ik heb geappt: “Hoe vaak heb ik wel niet gezegd dat je moest stoppen: “Hij zei: “Ja klopt”. Ook dat ik het niet aan de rest mocht vertellen, omdat bij geen zin had in ruzie. Toen stond ik langs de snelweg, en kwam de politie en Rijkswaterstaat. Ik was toen helemaal overstuur.
Ik was ongeveer 18:30 uur in Dronryp.
V: Je begroet elkaar. Wat gebeurt er dan?
A: Ik gaf hem drie kussen op de wang, maar bij de derde kus gaf hij een kus op de mond. Ik zei wel dat hij normaal moest doen, maar was ook een beetje flabbergasted door wat hij deed. Dit was nog buiten op het bouwterrein.
Toen liepen we naar binnen. In een bouwkeet.
Ik liep voor hem uit naar de tafel toe. Hij legde zijn hand op mijn kont. Toen deed ik met mijn hand, zijn hand weg, zo van niet doen. Ik draaide me om en zei dat hij dit niet moest doen. Hij reageerde hierop door te lachen. Ik voelde me overrompeld.
V: Wat voor aanraken op jouw kont was het?
A: Vastpakken. Met één hand. Ik draaide me om en toen probeerde hij mij te zoenen, hij zoende me eigenlijk al. Hij pakte me op mijn mond, tongzoenen. Ik schrok ervan.
Ik zei dat ik het niet wou.
Het tongzoenen is daadwerkelijk gebeurd. Ik schrok ervan en stopte er meteen mee. Ik zei dat hij moest stoppen, dat ik het niet wou. Ik zei: 'Doe eens normaal, denk aan [naam] '. Hij zei: 'die is er toch niet'.
V: In hoeverre is zijn tong echt in jouw mond geweest?
A: Ja.
V: Wat was voor jou de reden om niet weg te gaan?
A: Hij lachte er wat om, ik dacht dat hij een vriend was. Hij deed ook zo, wat maakt het uit. Ik dacht ook dat ik het op dat moment duidelijk had aangegeven en dat hij het nu wel snapte, maar achteraf had ik natuurlijk gelijk weg moeten gaan.
V: Oké, koffie, wat gebeurt er dan?
A: Gepraat, tien minuten of een kwartiertje. Hij boog weer naar mij toe, pakte mijn hand en trok mij naar zich toe. Toen stond ik, hij ging ook staan. Hij probeerde me weer te zoenen.
Ik vond dat niet leuk.
V: Hoe liet je dat merken?
A: Zeggen. Ik weet niet precies wat ik zei.
Hij had mijn hand vast en liep naar het eerste halletje bij de ingang. Daar nam hij mee naar toe en drukte mij tegen de muur aan en zoende hij mij weer. Ik heb hem weer van mij afgeduwd. Toen begon hij over de tattoo en trok mijn broek naar beneden. Dat was het moment dat ik schrok en echt bozig begon te worden eigenlijk.
Hij probeerde weer te tongzoenen. Hij heeft wel zijn tong in mijn mond gedaan, maar ik duwde hem weg en zei: 'nu moet je echt ophouden'. Hij zei toen: 'laat me die tattoo nou eens zien'.
V: Waar zit die tattoo precies?
A: Op mijn bovenbeen, rechts.
V: Jij zegt dat hij jouw broek naar beneden deed? Hoe deed hij dat?
A: Ik had deze broek aan, die zit vrij los. Deze broek trek je dan zo naar beneden. Het is een spijkerbroek. Hij deed dat met twee handen. Mijn string ging ook gelijk mee.
V: Tot hoever trok hij je broek naar beneden?
A: Tot mijn knieën of zo. Ik schrok daarvan. Ik deed mijn broek omhoog en tegelijk zei ik dat hij normaal moest doen en van me af moest blijven. Hij reageerde daar een beetje lacherig op. Toen deed ik mijn broek weer omhoog en dicht en toen deed hij het licht uit.
Toen het licht uitging zag ik helemaal niets. Ik stond in het halletje, tegen de muur van de wc of het hokje aan. Ik heb gezegd 'Doe dat licht aan'. Hij pakte mij weer vast, ging me weer zoenen. Ik zei dat hij het licht aan moest doen. Hij zocht het lichtknopje, maar eerst ging het licht niet aan, later wel. Toen zei ik dat ik weg wou.
V: Hoe pakte hij jou vast?
A: Hij duwde mij tegen die muur aan.
V: Wat voor zoenen was het?
A: Tong.
V: Wat deed jij?
A: Hij stond dichtbij en pakte mij dus vast. Hij is vrij groot. Ik duwde hem weg en even later deed hij het licht aan.
V: Wat deed jij qua zoenen?
A: Ik deed zelf niets.
V: Hoe kon het toch gebeuren?
A: Hij is groot en krachtig en je wordt overrompeld op dat moment.