ECLI:NL:RBNNE:2017:1853
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van witwassen met verborgen grondkluis
In de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte, die wordt beschuldigd van witwassen, heeft de rechtbank Noord-Nederland op 22 mei 2017 uitspraak gedaan. De verdachte, geboren in 1949 en woonachtig in Leeuwarden, werd ervan beschuldigd betrokken te zijn bij het aanleggen van een verborgen grondkluis met zwart geld in haar woning. De tenlastelegging betrof het verbergen van een bedrag van 148.500 euro en een horloge in een kluis, waarvan de verdachte en haar medeverdachten zouden hebben geweten dat deze afkomstig waren uit een misdrijf.
Tijdens de zitting op 14 april 2017 was de verdachte niet aanwezig, maar haar advocaat, mr. K.E. Wielenga, was wel aanwezig en verklaarde dat hij tot de verdediging was gemachtigd. De officier van justitie en de verdediging concludeerden dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte op de hoogte was van de kluis in haar woning. De rechtbank heeft deze argumenten overwogen en vastgesteld dat er geen wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte wist van de aanwezigheid van de kluis.
De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet kon worden verweten dat zij had meegewerkt aan het witwassen, omdat er geen bewijs was dat zij op de hoogte was van de kluis. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van alle ten laste gelegde feiten. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken op 22 mei 2017.