ECLI:NL:RBNNE:2017:1804
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Ontuchtige handelingen gepleegd door een groepsleider van een scoutinggroep met een minderjarig meisje
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 26 april 2017 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een groepsleider van een scoutinggroep, die beschuldigd werd van ontuchtige handelingen met een minderjarig meisje. De verdachte, geboren in 1994, was groepsleider van een welpengroep en had tijdens een scoutingkamp in de periode van 12 tot 13 december 2015 ontucht gepleegd met een aan hem toevertrouwd meisje. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het slachtoffer onzedelijk heeft betast door zijn hand in haar broek en onderbroek te steken.
De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het primair ten laste gelegde feit en heeft hem veroordeeld tot een werkstraf van 120 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand, met bijzondere voorwaarden. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van het feit, de gevolgen voor het slachtoffer en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een ernstige inbreuk op de lichamelijke en seksuele integriteit van het slachtoffer, wat aanzienlijke psychische gevolgen kan hebben.
Daarnaast heeft de rechtbank de vordering van de benadeelde partij, vertegenwoordigd door haar wettelijke vertegenwoordiger, gedeeltelijk toegewezen. De rechtbank heeft de materiële schadevergoeding volledig toegewezen en de immateriële schadevergoeding vastgesteld op € 1.500,--. De rechtbank heeft ook een schadevergoedingsmaatregel opgelegd, aangezien de verdachte aansprakelijk is voor de schade die hij heeft veroorzaakt. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.