Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
mr. J. Teertstra, kinderrechter in deze rechtbank.
Rechtbank Noord-Nederland
Op 10 januari 2017 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zitting houdende in Leeuwarden, uitspraak gedaan in een wrakingsprocedure. Het wrakingsverzoek was ingediend door een verzoekster, die eerder betrokken was in een zaak betreffende de ondertoezichtstelling van haar twee minderjarige kinderen. De kinderrechter, mr. J. Teertstra, had op 5 oktober 2016 beslissingen genomen over de ondertoezichtstelling en de uithuisplaatsing van de kinderen. De verzoekster heeft op 15 november 2016 mr. Teertstra gewraakt, maar de wrakingskamer oordeelde dat het verzoek te laat was ingediend. Volgens artikel 37 lid 1 van het Wetboek van Rechtsvordering dient een wrakingsverzoek te worden gedaan zodra de feiten of omstandigheden aan de verzoeker bekend zijn geworden. De wrakingskamer stelde vast dat de verzoekster zich pas bijna zes weken na de beslissing van 5 oktober 2016 beklaagde, wat niet als verschoonbaar kon worden aangemerkt. De wrakingskamer, bestaande uit mr. C.M. Telman, mr. J.E. Biesma en mr. M.J. Dijkstra, verklaarde de verzoekster niet-ontvankelijk in haar wrakingsverzoek. De beslissing werd in het openbaar uitgesproken en de betrokken partijen werden geïnformeerd.