ECLI:NL:RBNNE:2017:1194
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- J.G. de Bock
- M.J. Oostveen
- M. van der Veen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak zware mishandeling en poging tot zware mishandeling; veroordeling wegens overtreding Wegenverkeerswet 1994
Op 31 maart 2017 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van zware mishandeling en poging tot zware mishandeling. De zaak vond zijn oorsprong in een incident op 11 juli 2015, waarbij de verdachte met zijn auto een voetganger, [slachtoffer], aanreed. De verdachte werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. J. Klopstra, terwijl het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. A. van den Oever. Tijdens de zitting op 17 maart 2017 werd de verdachte geconfronteerd met de tenlastelegging, die onder andere inhield dat hij opzettelijk zwaar lichamelijk letsel had toegebracht aan [slachtoffer]. De rechtbank heeft de verklaringen van de verdachte en de getuigen zorgvuldig gewogen, maar kon niet vaststellen dat de verdachte met voorwaardelijk opzet had gehandeld. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om te concluderen dat de verdachte zich bewust was van het risico dat hij [slachtoffer] zou aanrijden. Hierdoor werd de verdachte vrijgesproken van de zware mishandeling en poging tot zware mishandeling.
Wel werd de verdachte veroordeeld voor het verlaten van de plaats van het ongeval, wat in strijd is met artikel 7 van de Wegenverkeerswet 1994. De rechtbank legde een taakstraf op van 40 uren, met een vervangende hechtenis van 20 dagen bij niet-nakoming. Daarnaast werd een geldboete van €750,- opgelegd en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor 6 maanden met een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank hield rekening met de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan, evenals met de eerdere veroordelingen van de verdachte onder de Wegenverkeerswet.