ECLI:NL:RBNNE:2016:678
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verblijfsvergunning asiel voor hoogopgeleide Afghaanse vrouw
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 23 februari 2016 uitspraak gedaan in het beroep van een hoogopgeleide Afghaanse vrouw tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel. De vrouw, die als arts werkzaam was in Kabul, had haar aanvraag ingediend na bedreigingen van de taliban vanwege een medische ingreep die zij had uitgevoerd. De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie had de aanvraag afgewezen, stellende dat de vrouw zich in Afghanistan had kunnen handhaven en geen bescherming nodig had op basis van haar status als alleenstaande vrouw. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen en geconcludeerd dat de staatssecretaris terecht had geoordeeld dat de vrouw niet in aanmerking kwam voor een verblijfsvergunning. De rechtbank oordeelde dat de vrouw, ondanks de bedreigingen, voldoende mogelijkheden had om zich in Afghanistan te handhaven, mede door haar opleiding en werk als arts. De rechtbank heeft het beroep van de vrouw ongegrond verklaard, waarbij zij de afwijzing van de verblijfsvergunning door de staatssecretaris heeft bevestigd. De uitspraak benadrukt de strikte voorwaarden waaronder alleenstaande vrouwen uit Afghanistan in aanmerking komen voor asiel.