ECLI:NL:RBNNE:2016:64
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening in verband met nadeelcompensatie voor exploitatieverbod prostitutie-inrichtingen in Groningen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 7 januari 2016 uitspraak gedaan op het verzoek van een eigenaar van panden in het A-Kwartier te Groningen om een voorschot op nadeelcompensatie. Dit verzoek is ingediend naar aanleiding van een wijziging in de Algemene Plaatselijke Verordening Groningen, die per 1 januari 2016 het exploiteren van prostitutie-inrichtingen in dat gebied verbiedt. De verzoeker, die vijf panden verhuurt voor raamprostitutie en zelf een pand exploiteert, heeft bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van zijn verzoek om nadeelcompensatie door het college van burgemeester en wethouders van Groningen.
Tijdens de zitting op 22 december 2015 is gebleken dat de verzoeker niet voldoende heeft aangetoond dat hij zijn bedrijfsvoering tijdig heeft aangepast aan de nieuwe regelgeving. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat het toekennen van een voorschot alleen gerechtvaardigd is als er een redelijke kans is dat de schadevergoeding uiteindelijk wordt toegekend. De verzoeker heeft gesteld dat hij een aanzienlijk inkomensverlies zal lijden, maar de voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de verzoeker niet heeft aangetoond dat hij niet in staat zou zijn om zijn panden voor andere doeleinden te verhuren of te verkopen.
De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat er onvoldoende grond is om aan te nemen dat de gevraagde nadeelcompensatie geheel of gedeeltelijk aan de verzoeker zal worden toegekend. Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 7 januari 2016, en tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.