ECLI:NL:RBNNE:2016:5789

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
5 september 2016
Publicatiedatum
23 februari 2017
Zaaknummer
C/18/169714 / FA RK 16-2359
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing voorlopige machtiging op basis van ondeugdelijke geneeskundige verklaring

Op 5 september 2016 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Groningen, uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek van de officier van justitie tot het verlenen van een voorlopige machtiging voor de betrokkene, geboren op [geboortedatum], die thans verblijft in een verpleeghuis. Het verzoek was ingediend op 29 augustus 2016 en ging vergezeld van een geneeskundige verklaring. De betrokkene werd bijgestaan door mr. J. Doornbos en er was een verpleegkundig specialist, dhr. [naam 2], betrokken bij de zaak. Tijdens de zitting werd ook de heer [naam 3], arts verbonden aan het verpleeghuis, telefonisch gehoord.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de geneeskundige verklaring niet was opgesteld door een bevoegde psychiater of specialist ouderengeneeskunde. De opsteller, de heer [naam 3], was niet meer geregistreerd als specialist ouderengeneeskunde en voldeed daarmee niet aan de vereisten zoals gesteld in de wet. Dit leidde tot de conclusie dat de geneeskundige verklaring niet voldeed aan de wettelijke eisen, wat een ernstige vormfout opleverde. Hierdoor kon de rechtbank niet anders dan het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk verklaren in zijn verzoek.

De beslissing van de rechtbank werd uitgesproken ter openbare terechtzitting op 5 september 2016 door rechter mr. R.B.M. Keurentjes, in aanwezigheid van de griffier. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie: Groningen

Afwijzing voorlopige machtiging

Zaak-/rekestnr.: C/18/169714 / FA RK 16-2359

Beschikking van 5 september 2016,

van de rechtbank Noord-Nederland naar aanleiding van het verzoek van de officier van justitie tot het verlenen van een voorlopige machtiging om:

[naam 1] ,

geboren op [geboortedatum] ,
wonende te [plaats] ,
thans verblijvende in verpleeghuis [adres]
hierna te noemen: betrokkene,
verder te doen verblijven in een psychiatrisch ziekenhuis / verpleeginrichting.

Procesverloop

Op 29 augustus 2016 heeft de officier van justitie het verzoek ingediend. Bij het verzoek is overgelegd een geneeskundige verklaring.
De rechtbank heeft op 5 september 2016 de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door mr. J. Doornbos;
- dhr. [naam 2] verpleegkundig specialist.
Telefonisch is gehoord de heer [naam 3] , arts, verbonden aan het verpleeghuis.

Beoordeling

Ter zitting is gebleken dat de opsteller van de geneeskundige verklaring, de heer [naam 3] , niet bevoegd is tot het opstellen daarvan. Hij is naar eigen zeggen niet meer geregistreerd als specialist ouderengeneeskunde en valt derhalve niet onder het begrip psychiater van artikel 1, lid 1 sub j, zoals dit dient te worden gelezen sedert 15 februari 2014, de datum van inwerkingtreding van lid 6 van artikel 1 van de wet.
De bij het verzoekschrift behorende bijlage voldoet daarmee niet aan de daaraan te stellen eisen. Nu het hierbij gaat om een van de essentialia van de geneeskundige verklaring is er sprake van een dermate ernstige vormfout dat die moet leiden tot het niet ontvankelijk verklaren van het Openbaar Ministerie.

Beslissing

De rechtbank:
verklaart de officier van justitie niet ontvankelijk in zijn verzoek.
Deze beschikking is gegeven te Groningen door mr. R.B.M. Keurentjes, rechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 5 september 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.
(
fn: RH)
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.