ECLI:NL:RBNNE:2016:5699

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
10 november 2016
Publicatiedatum
20 januari 2017
Zaaknummer
C18/171512 / PR RK 16-437
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wrakingsverzoek niet ontvankelijk wegens niet voldoen aan wettelijke vereisten

Op 10 november 2016 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Groningen, uitspraak gedaan in een wrakingsprocedure. Verzoeker heeft op 7 november 2016 een verzoek tot wraking ingediend van de rechter(s) in een lopende procedure met zaaknummer 5195026 CV EXPL 16-9648. Dit verzoek is gedaan op basis van artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), dat partijen de mogelijkheid biedt om rechters te wraken indien er feiten of omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekken.

De rechtbank heeft vastgesteld dat het wrakingsverzoek niet voldoet aan de wettelijke vereisten. In het verzoek zijn geen namen van de behandelende rechter(s) genoemd, wat impliceert dat verzoeker alle rechters die mogelijk de zaak zouden behandelen, wenst te wraken. Dit is in strijd met de jurisprudentie, zoals het arrest van de Hoge Raad van 18 december 1998, waarin is bepaald dat een dergelijk algemeen verzoek niet mogelijk is. Daarnaast heeft verzoeker geen concrete feiten of omstandigheden aangedragen die wijzen op vooringenomenheid van de rechter(s).

Gelet op deze tekortkomingen heeft de rechtbank besloten het wrakingsverzoek niet-ontvankelijk te verklaren. Een mondelinge behandeling van het verzoek is niet nodig, en de procedure in de hoofdzaak zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken en zal onverwijld aan verzoeker en de gemachtigde van Enexis B.V. worden medegedeeld.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Zittingsplaats Groningen
zaaknummer: C18/171512 / PR RK 16-437
beslissing van de meervoudige kamer van 10 november 2016
op het verzoek tot wraking ingevolge artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) van
[naam],
wonende te [woonplaats],
verzoeker.

1.Procesverloop

Bij brief van 7 november 2016 heeft verzoeker een verzoek ingediend tot wraking van de rechter(s) in de procedure met nummer 5195026 CV EXPL 16-9648 (aanhangig bij deze rechtbank, afdeling Privaatrecht, locatie Groningen) waarbij verzoeker als partij is betrokken.

2.Overwegingen

2.1.
Ingevolge artikel 36 Rv kan op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2.2.
Het wrakingsverzoek bevat niet de naam c.q. namen van de behandelende rechter(s) in de zaak, waarin verzoeker de rechter(s) wraakt. Daaruit leidt de rechtbank af dat verzoeker kennelijk beoogt alle rechters te wraken die mogelijkerwijs die zaak gaan behandelen. Dat is niet mogelijk, gelet op het arrest van de Hoge Raad van 18 december 1998 (NJ 1999/271).
2.3.
Omdat verzoeker voorts geen concrete feiten of omstandigheden aanvoert waaruit blijkt van vooringenomenheid van de rechter(s) in de procedure met zaaknummer 5195026 CV EXPL 16-9648, dient het wrakingsverzoek kennelijk niet-ontvankelijk te worden verklaard. Een mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek kan daarom achterwege blijven.

3.Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het verzoek niet-ontvankelijk;
  • bepaalt dat de procedure in de hoofdzaak (met zaaknummer 5195026 CV EXPL 16-9648) wordt voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek tot wraking;
  • beveelt de onverwijlde mededeling van deze beslissing aan verzoeker en aan de (gemachtigde van) Enexis B.V.
Deze beslissing is gegeven door mrs. T.A. Wiersma, voorzitter, R.B.M. Keurentjes en E.M. Visser, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier en in het openbaar uitgesproken op 10 november 2016.
typ: 692