ECLI:NL:RBNNE:2016:5585
Rechtbank Noord-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen administratieve sanctie wegens snelheidsovertreding
Op 6 december 2016 vond een openbare terechtzitting plaats waarbij de kantonrechter M.B.W. Venema, bijgestaan door griffier G. Everts, het beroepschrift behandelde van de betrokkene, die in beroep ging tegen een beslissing van de officier van justitie op grond van de Wet Administratiefrechtelijke Handhaving Verkeersvoorschriften (WAHV). De betrokkene had een administratieve sanctie van € 53,00 opgelegd gekregen wegens een snelheidsovertreding van 8 km/uur op 29 februari 2016 om 12:33 uur. De betrokkene was het niet eens met de sanctie en voerde aan dat er een fout was gemaakt in de tijdsaanduiding in de beschikking en dat de meting niet correct was uitgevoerd.
De kantonrechter oordeelde dat de ambtsedige verklaring van de verbalisant in beginsel voldoende grondslag biedt voor de vaststelling van de gedraging, tenzij er specifieke feiten en omstandigheden zijn die aan de juistheid daarvan twijfelen. De kantonrechter concludeerde dat de tijdsaanduiding in de beschikking correct was en dat de meting op de juiste wijze was uitgevoerd. De betrokkene had geen bewijs geleverd dat de meting onjuist was, en de kantonrechter zag geen aanleiding om aan de verklaring van de verbalisanten te twijfelen.
De kantonrechter overwoog verder dat de hoogte van de sanctie is vastgelegd in de wet en dat alleen bijzondere omstandigheden aanleiding kunnen geven om van de vastgestelde tarieven af te wijken. Aangezien de betrokkene geen bijzondere omstandigheden had aangevoerd die de sanctie onbillijk maakten, verklaarde de kantonrechter het beroep ongegrond. De beslissing van de officier van justitie en de opgelegde sanctie bleven daarmee in stand. De beschikking werd uitgesproken op 20 december 2016, met de mogelijkheid voor de betrokkene om binnen 6 weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, tenzij de sanctie niet meer dan € 70,00 bedraagt.