ECLI:NL:RBNNE:2016:4391
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Wraking van een rechter wegens vermeende partijdigheid en slechte ervaringen met de rechtbank Leeuwarden
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 29 juli 2016 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen mr. P.G. Wijtsma, senior-rechter in deze rechtbank. Het verzoek tot wraking werd ingediend tijdens een zitting op 7 juli 2016, waarbij de verzoeker betrokken was in een andere procedure met zaaknummer LEE AWB 16/2357. De verzoeker baseerde zijn wrakingsverzoek op slechte ervaringen met de rechtbank Leeuwarden, waar mr. Wijtsma eerder werkzaam was, en op gezondheidsklachten die hij tijdens de zitting ervoer.
De rechtbank heeft het verzoek tot wraking behandeld op 19 juli 2016, maar mr. Wijtsma heeft aangegeven niet in de wraking te berusten. De rechtbank heeft de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in een wrakingsverzoek tegen de voorzitter van de wrakingskamer, mr. P.J. Duinkerken, bij beschikking van 26 juli 2016. De rechtbank heeft vervolgens de behandeling van het wrakingsverzoek afgerond en de uitspraak op 29 juli 2016 bepaald.
De rechtbank overwoog dat de verzoeker niet aannemelijk heeft gemaakt dat er bijzondere omstandigheden waren die de schijn van partijdigheid van mr. Wijtsma rechtvaardigden. De rechtbank benadrukte dat rechters uit hoofde van hun aanstelling worden verondersteld onpartijdig te zijn en dat het aan de verzoeker is om feiten aan te voeren die deze veronderstelling kunnen weerleggen. De rechtbank wees het verzoek tot heropening van de behandeling van het wrakingsverzoek af en besloot dat de procedure in de hoofdzaak voortgezet zou worden in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek.