Op 31 mei 2016 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Assen uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van poging tot doodslag, poging tot zware mishandeling en mishandeling. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de eerste twee tenlasteleggingen, omdat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte opzet had op de dood van het slachtoffer of op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. De rechtbank oordeelde dat de verdachte de intentie had om met het slachtoffer in gesprek te gaan over zijn gedrag, maar dat dit leidde tot een mishandeling waarbij de verdachte de keel van het slachtoffer dichtkneep. De rechtbank achtte de mishandeling wel bewezen en legde een taakstraf op van 120 uren, omdat de verdachte spijt betuigde en inzag dat zijn handelen verkeerd was. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan het slachtoffer, die zich als benadeelde partij had gevoegd in het proces. De rechtbank hield rekening met de omstandigheden waaronder de mishandeling plaatsvond en de gevolgen voor het slachtoffer, maar vond ook dat de verdachte niet eerder in aanraking was gekomen met de justitie.