Op 8 maart 2016 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot zware mishandeling en bedreiging met de dood van zijn toenmalige vriendin. De feiten vonden plaats op 3 juli 2015 in Leek, waar de verdachte zijn vriendin met kracht om de hals heeft geklemd, haar heeft bedreigd met de dood en een kopstoot heeft gegeven. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de ten laste gelegde feiten, met uitzondering van het gebruik van een mes, wat niet bewezen kon worden. De rechtbank oordeelde dat het geweld dat de verdachte heeft toegepast, gericht was op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. De verdachte werd als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwd, gezien zijn geestelijke toestand, die beïnvloed werd door een borderline persoonlijkheidsstoornis en een cognitieve stoornis door alcoholverslaving en mogelijk hersenletsel. De rechtbank legde een gevangenisstraf op voor de duur van het voorarrest, en een terbeschikkingstelling met voorwaarden, om de veiligheid van anderen te waarborgen. De benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, en de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf werd afgewezen.